Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens (WJG)


Titel 2A

De verwerking van strafvorderlijke gegevens

Afdeling 2

Het verstrekken van strafvorderlijke gegevens

Artikel 39e 1 Voorzover dit noodzakelijk is met het oog op een zwaarwegend algemeen belang, kan het College van procureurs-generaal aan de volgende personen of instanties strafvorderlijke gegevens verstrekken:
a. Nederlandse rechterlijke ambtenaren;
b. Onze Minister;
c. lichamen of personen aan wie krachtens artikel 257ba van het Wetboek van Strafvordering de bevoegdheid is toegekend een strafbeschikking uit te vaardigen;
d. ambtenaren van politie als bedoeld in artikel 2, onder a, van de Politiewet 2012 en ambtenaren van politie als bedoeld in artikel 2, onder c en d, voor zover zij zijn aangesteld voor de uitvoering van de politietaak;
e. ambtenaren als bedoeld in artikel 141, onderdeel c en d, van het Wetboek van Strafvordering;
f. buitengewone opsporingsambtenaren als bedoeld in artikel 142, eerste lid, van het Wetboek van Strafvordering;
g. instanties die belast zijn met de tenuitvoerlegging van rechterlijke beslissingen of handelingen, beslissingen van de officier van justitie dan wel van vrijheidsbenemende straffen of maatregelen;
h. verwerkingsverantwoordelijken voor de verwerking van politiegegevens als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel f, van de Wet politiegegevens;
i. bewaarders als bedoeld in artikel 118, eerste en tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering.
2 Het College van procureurs-generaal verstrekt aan de ambtenaren die werkzaam zijn ten behoeve van de justitiële documentatie strafvorderlijke gegevens.
3 Het College van procureurs-generaal kan strafvorderlijke gegevens verstrekken aan Onze Minister van Buitenlandse Zaken ten behoeve van het versturen van notificaties als bedoeld in artikel 5c van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften.
4 Het College van procureurs-generaal verstrekt strafvorderlijke gegevens aan de geneesheer-directeur en de psychiater, bedoeld in de artikelen 5:4, 7:1, 7:11 en 8:19 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg, voor zover dit voortvloeit uit de verplichtingen van de officier van justitie op grond van die artikelen.
5 Het College van procureurs-generaal verstrekt strafvorderlijke gegevens aan het CIZ, genoemd in artikel 28a, eerste lid, van de Wet zorg en dwang psychogeriatrische en verstandelijk gehandicapte cliënten, en aan de arts die de medische verklaring, bedoeld in artikel 28a, tweede lid, onderdeel b, van die wet, vaststelt, voor zover dit voortvloeit uit de in dat artikel bedoelde verplichtingen van de officier van justitie.
6 Artikel 9, eerste lid, tweede volzin is van overeenkomstige toepassing.

Artikel 39f 1 Voorzover dit noodzakelijk is met het oog op een zwaarwegend algemeen belang, kan het College van procureurs-generaal, onverminderd artikel 39e, aan personen of instanties voor de volgende doeleinden strafvorderlijke gegevens verstrekken:
a. het voorkomen en opsporen van strafbare feiten,
b. het handhaven van de orde en veiligheid,
c. het uitoefenen van toezicht op het naleven van regelgeving,
d. het nemen van een bestuursrechtelijke beslissing,
e. het beoordelen van de noodzaak tot het treffen van een rechtspositionele of tuchtrechtelijke maatregel,
f. het verlenen van hulp aan slachtoffers en anderen die bij een strafbaar feit betrokken zijn, of
g. het verrichten van een privaatrechtelijke rechtshandeling door een persoon of instantie die met een publieke taak is belast.
2 Het College van procureurs-generaal kan slechts strafvorderlijke gegevens aan personen of instanties als bedoeld in het eerste lid verstrekken, voorzover die gegevens voor die personen of instanties:
a. noodzakelijk zijn met het oog op een zwaarwegend algemeen belang of de vaststelling, de uitoefening of de verdediging van een recht in rechte, en
b. in zodanige vorm worden verstrekt dat herleiding tot andere personen dan betrokkene, redelijkerwijs wordt voorkomen.
3 Artikel 9, eerste lid, tweede volzin, is van overeenkomstige toepassing.

Artikel 39g De artikelen 14 en 15 zijn van overeenkomstige toepassing.

Artikel 39ga 1 Het College van procureurs-generaal kan ten behoeve van de strafrechtspleging met overeenkomstige toepassing van artikel 16, strafvorderlijke gegevens ter beschikking stellen aan de bevoegde autoriteit van een andere lidstaat van de Europese Unie of aan organen en instanties die zijn opgericht krachtens de hoofdstukken 4 en 5 van titel V van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, die zijn belast met taken van rechtshandhaving, voor zover dat voortvloeit uit een rechtsinstrument op grond van het verdrag betreffende de werking van de Europese Unie.
2 Het College van procureurs-generaal kan met overeenkomstige toepassing van artikel 16a, strafvorderlijke gegevens verstrekken aan rechterlijke ambtenaren dan wel aan een andere bevoegde autoriteit in een derde land of aan een internationale organisatie.

Artikel 39h Voor het verstrekken van strafvorderlijke gegevens als bedoeld in artikel 39f kan een kostenvergoeding worden verlangd die niet hoger is dan een bij of krachtens algemene maatregel van bestuur vast te stellen bedrag.