Wet handhaving consumentenbescherming (Whc)


Hoofdstuk 8

Consumentenbescherming

Artikel 8.1 1 De in dit hoofdstuk neergelegde bepalingen gelden uitsluitend indien de wederpartij een consument is.
2 In dit hoofdstuk wordt verstaan onder:
a. consument: een natuurlijk persoon die niet handelt in de uitoefening van zijn beroep of bedrijf;
b. algemene voorwaarden: een of meer bedingen die zijn opgesteld teneinde in een aantal overeenkomsten te worden opgenomen, met uitzondering van bedingen die de kern van de prestaties aangeven, voor zover die bedingen duidelijk en begrijpelijk zijn geformuleerd.
c. pandhuis: een natuurlijke persoon of rechtspersoon die in de uitoefening van zijn beroep of bedrijf pandbeleningen aanbiedt als bedoeld in artikel 130 van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek.

Artikel 8.2 1 Degene die een dienst van de informatiemaatschappij verleent als bedoeld in artikel 15d, derde lid, van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek, neemt de artikelen 15a en 15c, 15d, eerste en tweede lid, en 15f van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek in acht.
2 Indien commerciële communicatie als bedoeld in artikel 15e, derde lid, van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek, deel uitmaakt van een dienst van de informatiemaatschappij of een dergelijke dienst vormt, zorgt degene in wiens opdracht de commerciële communicatie geschiedt, dat artikel 15e, eerste lid, van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek in acht wordt genomen.
3 De dienstverlener, bedoeld in het eerste lid, neemt de artikelen 196c, 227a, 227b en 227c van Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek in acht.
4 Indien een wederpartij langs de elektronische weg een verklaring als bedoeld in artikel 227c, tweede lid, van Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek uitbrengt die door de in het eerste lid bedoelde dienstverlener mag worden opgevat hetzij als een aanvaarding van een door hem langs de elektronische weg gedaan aanbod, hetzij als een aanbod naar aanleiding van een door hem langs de elektronische weg gedane uitnodiging om in onderhandeling te treden, bevestigt de dienstverlener de ontvangst van deze verklaring zo spoedig mogelijk langs elektronische weg aan de wederpartij.
5 Het derde en vierde lid zijn niet van toepassing, indien een overeenkomst uitsluitend door middel van de uitwisseling van elektronische post of een soortgelijke vorm van individuele communicatie tot stand komt.

Artikel 8.2a 1 Een handelaar als bedoeld in artikel 230g, eerste lid, onderdeel b, van Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek, die een overeenkomst aangaat waarop Afdeling 2B van Titel 5 van Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek van toepassing is, neemt de bepalingen van die afdeling in acht.
2 Indien een overeenkomst waarop Afdeling 2B van Titel 5 van Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek van toepassing is, tot stand komt via een andere persoon, handelend in het kader van zijn handels-, bedrijfs-, ambachts- of beroepsactiviteit, die daarbij optreedt namens of voor rekening van een handelaar, neemt ook die andere persoon de bepalingen van die afdeling in acht.
3 Het eerste en tweede lid zijn van overeenkomstige toepassing voordat de consument is gebonden aan een overeenkomst, dan wel aan een daartoe strekkend aanbod.

Artikel 8.3 Degene die algemene voorwaarden gebruikt in een overeenkomst met een consument, bindt die consument niet aan een beding indien dat beding vernietigbaar is volgens afdeling 3 van titel 5 van Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek.

Artikel 8.4 Bij een consumentenkoop als bedoeld in artikel 5, eerste lid, van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, neemt de verkoper de artikelen 5, 5a, 6, 6a, 17 tot en met 19, 21 tot en met 23 en 25 van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek in acht.

Artikel 8.4a 1 Bij een consumentenkoop als bedoeld in artikel 5, eerste lid, van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, neemt de als verkoper optredende handelaar de artikelen 9, vierde lid, 11 en 19a van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek in acht.
2 Indien een consumentenkoop als bedoeld in artikel 5, eerste lid, van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, tot stand komt via een andere persoon, handelend in het kader van zijn handels-, bedrijfs-, ambachts- of beroepsactiviteit, die daarbij optreedt namens of voor rekening van de als verkoper optredende handelaar, neemt ook die andere persoon de artikelen 9, 11 en 19a van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek in acht.

Artikel 8.4b Bij een overeenkomst als bedoeld in artikel 5a, eerste lid, van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek neemt de verkoper de artikelen 50ad, 50ae, 50ai en 50aj van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek in acht.

Artikel 8.5 De toezending van een niet bestelde zaak, of de ongevraagde levering van water, gas, elektriciteit, stadsverwarming of digitale inhoud die niet op een materiële drager is geleverd, ongeacht of de digitale inhoud individualiseerbaar is en of er feitelijke macht over kan worden uitgeoefend, of het verrichten van een niet opgedragen dienst, met het verzoek tot betaling van een prijs, bedoeld in artikel 7, tweede lid, van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, is niet toegestaan.

Artikel 8.6 Een handelaar als bedoeld in artikel 50a, onderdeel b, van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, die een overeenkomst aangaat als bedoeld in artikel 50a, onderdelen c tot en met f, van dat Boek, neemt de artikelen 50a tot en met 50i van dat Boek in acht.

Artikel 8.7 Een handelaar als bedoeld in artikel 500, onderdeel g, van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek neemt de bij of krachtens de artikelen 500 tot en met 513d van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek gestelde eisen in acht.

Artikel 8.8 Het is een handelaar als bedoeld in artikel 193a, eerste lid, onderdeel b, van Boek 6 van het Burgerlijk wetboek niet toegestaan oneerlijke handelspraktijken te verrichten als bedoeld in Afdeling 3A van Titel 3 van dat boek.

Artikel 8.9 De dienstverrichter die een dienst verricht als bedoeld in artikel 230a van Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek, neemt de bepalingen van Afdeling 2A van Titel 5 van dat boek in acht.

Artikel 8.10 Een pandhuis neemt de bepalingen van Titel 2D van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek in acht.

Artikel 8.11 Het is de houder van een gedragscode, bedoeld in artikel 193a, eerste lid, onderdeel j, van Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek, niet toegestaan met die gedragscode een handelen in strijd met de artikelen 193a tot en met 193i van dat boek te bevorderen.

Artikel 8.12 Bij een koopovereenkomst of een overeenkomst tot het verrichten van diensten als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel c, respectievelijk onderdeel d, van de Implementatiewet richtlijn buitengerechtelijke geschillenbeslechting consumenten neemt de in Nederland gevestigde ondernemer, bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel b van die wet, artikel 12 van die wet in acht.

Artikel 8.13 De in Nederland gevestigde ondernemer, bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel b, van de Implementatiewet buitengerechtelijke geschillenbeslechting consumenten, op wie artikel 14 eerste, tweede of zevende lid van verordening (EU) nr. 524/2013 van toepassing is, en de dienstverlener die een onlinemarktplaats aanbiedt en op wie artikel 14, eerste lid, van verordening (EU) nr. 524/2013 van toepassing is, nemen de verplichtingen uit artikel 14, eerste, tweede of zevende lid, van verordening (EU) nr. 524/2013 in acht.

Artikel 8.14 Een begunstigde als bedoeld in artikel 514, onderdeel c, van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, neemt artikel 520, derde en vierde lid, van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek in acht.