Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz)


Artikel 8:12 1 De duur van de tijdelijke verplichte zorg, bedoeld in artikel 8:11, is beperkt tot een periode van maximaal drie dagen. Indien de termijn, bedoeld in de eerste volzin, eindigt op een zaterdag, zondag of algemeen erkende feestdag als bedoeld in de Algemene termijnenwet, wordt deze verlengd tot en met de eerstvolgende dag die niet een zaterdag, zondag of algemeen erkende feestdag is.
2 De zorgverantwoordelijke doet onverwijld mededeling aan de geneesheer-directeur van de schriftelijke en gemotiveerde beslissing tot tijdelijke verplichte zorg en van de beëindiging van de tijdelijke verplichte zorg.
3 Indien de zorgverantwoordelijke van oordeel is dat de tijdelijke verplichte zorg na de in het eerste lid bedoelde periode moet worden voortgezet, kan hij daartoe uitsluitend beslissen indien een door de zorgverantwoordelijke gemotiveerde aanvraag tot wijziging van de machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel of zorgmachtiging door de geneesheer-directeur, vergezeld van zijn advies daarover, bij de officier van justitie is ingediend.
4 De officier van justitie beslist zo spoedig mogelijk op de aanvraag tot wijziging van de machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel of zorgmachtiging.
5 Indien de officier van justitie instemt met de aanvraag van de geneesheer-directeur tot wijziging van de machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel of zorgmachtiging, dient hij daartoe onverwijld een verzoekschrift in bij de rechter.
6 De verplichte zorg, bedoeld in het vierde lid, kan worden verleend totdat:
a. de officier van justitie besluit geen verzoekschrift in te dienen en dit aan de geneesheer-directeur heeft meegedeeld,
b. de rechter uitspraak heeft gedaan over het verzoekschrift voor een wijziging van een zorgmachtiging of door het verstrijken van de termijn, bedoeld in artikel 6:2, eerste lid, onderdeel d, of
c. de rechter uitspraak heeft gedaan over het verzoekschrift voor een wijziging van een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel, of door het verstrijken van de termijn, bedoeld in artikel 7:8, derde lid.
7 Indien betrokkene op grond van artikel 8:11 in een instelling als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, of artikel 3.3, eerste lid, van de Wet forensische zorg wordt opgenomen, zijn voor de duur van die opname artikel 3.4 van de Wet forensische zorg, artikel 42, vijfde lid en artikel 44, alsmede de hoofdstukken V, VI en VII van de Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden van toepassing.

Wijzigingen

Datum Betreft Bekendmaking Kamerdossier Memorie van toelichting
Aanhangig 35936 MvT (web) MvT (pdf)
06-11-2021 wijziging Stb 2021 468 (pdf) 35667 MvT (web) MvT (pdf)
31-10-2020 wijziging Stb 2020 404 (pdf) 35456 MvT (web) MvT (pdf)
01-01-2020 nieuwe-regeling Stb 2018 37 (pdf) 32399 MvT (web) MvT (pdf)