Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wv Wft)


Hoofdstuk 5

Bepalingen met betrekking tot het bewaren van bewijsstukken en training

§ 5.3

Doorlichting, opleiding en kwalificaties

Artikel 35 Een instelling draagt er zorg voor dat haar werknemers, alsmede de dagelijks beleidsbepalers voor zover relevant voor de uitoefening van hun taken en rekening houdend met de risico’s, aard en omvang van de instelling, worden doorgelicht, bekend zijn met de bepalingen van deze wet en periodiek opleidingen genieten die hen in staat stellen een ongebruikelijke transactie te herkennen en een cliëntenonderzoek goed en volledig uit te voeren.

Artikel 35a 1 De instellingen, bedoeld in artikel 1a, vierde lid, onderdeel a tot en met e en h, voor zover zij bemiddelen bij het tot stand brengen en sluiten van overeenkomsten inzake onroerende zaken en rechten waaraan onroerende zaken zijn onderworpen, verstrekken op verzoek aan de toezichthoudende autoriteit een door Onze Minister van Justitie en Veiligheid afgegeven verklaring omtrent het gedrag als bedoeld in artikel 28 van de Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens met betrekking tot de personen die het beleid bepalen of mede bepalen, binnen een door de toezichthoudende autoriteit te stellen redelijke termijn.
2 Indien een verklaring omtrent het gedrag met betrekking tot de personen die het beleid bepalen of mede bepalen op grond van artikel 35, eerste lid, van de Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens wordt geweigerd, nemen de instellingen, bedoeld in het eerste lid, de noodzakelijke maatregelen om te voorkomen dat deze personen een beleidsbepalende of medebeleidsbepalende functie binnen de instelling bekleden.