Wet bevordering Integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur (Bibob)


Hoofdstuk 4

Bevoegdheden, verplichtingen en procedurele bepalingen

Paragraaf 4.4

Overige bepalingen

Artikel 30 Vervallen

Artikel 31 Indien het bestuursorgaan een advies aanvraagt, wordt de wettelijke termijn waarbinnen de beschikking dient te worden gegeven, opgeschort voor de duur van de periode die begint met de dag waarop het advies is aangevraagd en eindigt met de dag waarop dat advies is ontvangen, met dien verstande dat deze opschorting niet langer duurt dan de in artikel 15, eerste en tweede lid, bedoelde termijn, vermeerderd met de duur van de eenmalige verlenging, bedoeld in artikel 15, derde lid.

Artikel 32 Het bestuursorgaan of de rechtspersoon met een overheidstaak informeert de betrokkene dat het Bureau om advies is verzocht.

Artikel 33 1 Voordat een bestuursorgaan aan een beschikking voorschriften verbindt als bedoeld in artikel 3, zevende lid, en voordat een bestuursorgaan een voor de betrokkene en de in de voorgenomen beschikking in verband met deze gronden genoemde derde negatieve beslissing neemt op grond van ernstig gevaar als bedoeld in artikel 3, eerste lid, dan wel op grond van feiten of omstandigheden als bedoeld in artikel 3, zesde lid, stelt het de betrokkene en de in de voorgenomen beschikking in verband met deze gronden genoemde derde in de gelegenheid zijn zienswijze naar voren te brengen.
2 Het eerste lid is van overeenkomstige toepassing op de rechtspersoon met een overheidstaak die een beslissing neemt ter zake van:
a. de gunning van een overheidsopdracht of het sluiten van de met een gunningsbeslissing beoogde overeenkomst;
b. de toestemming, bedoeld in artikel 5, tweede lid, onderdeel c;
c. de ontbinding van de overeenkomst met de partij aan wie de overheidsopdracht is gegund;
d. het aangaan van een vastgoedtransactie;
e. de opschorting of ontbinding van de overeenkomst of de beƫindiging van de rechtshandeling waarmee de vastgoedtransactie is aangegaan.
3 Voor de toepassing van het eerste en tweede lid zijn de artikelen 4:9 tot en met 4:12 van de Algemene wet bestuursrecht van overeenkomstige toepassing.