Wegenverkeerswet 1994 (WVW)


Hoofdstuk IA

De Dienst Wegverkeer

Paragraaf 6

Financiële bepalingen

Artikel 4p De inkomsten van de Dienst Wegverkeer bestaan uit:
a. de opbrengst van de tarieven en overige heffingen;
b. vergoedingen voor verrichte diensten;
c. andere baten hoe ook genoemd.

Artikel 4q 1 De hoogte van de tarieven, bedoeld in artikel 4b, eerste lid, onderdeel n, dient te worden gerelateerd aan de met de uitoefening van de taak gemoeide kosten.
2 Het tarief, bedoeld in artikel 48, eerste lid, voor de aanvraag van een inschrijving en tenaamstelling in het kentekenregister omvat mede een door de Dienst Wegverkeer vastgesteld bedrag dat strekt ter dekking van de kosten van:
a. het registreren van keuringsrapporten,
b. het ongeldig verklaren van kentekenbewijzen, tenzij de Dienst Wegverkeer ingevolge artikel 52c, tweede lid, een tarief voor de ongeldigheid heeft vastgesteld,
c. het verstrekken van gegevens uit het kentekenregister als bedoeld in artikel 43, eerste en tweede lid, en bij algemene maatregel van bestuur te bepalen verstrekkingen,
d. het behandelen van klachten en ingevolge de Algemene wet bestuursrecht ingediende bezwaarschriften en beroepsschriften gericht op het handelen van de Dienst Wegverkeer,
e. het opsporen van bij of krachtens deze wet strafbaar gestelde feiten voor zover ambtenaren van de Dienst Wegverkeer daarmee ingevolge artikel 159 zijn belast,
f. het beheer en instandhouding van het in artikel 13, tweede lid, van de Wet aansprakelijkheidsverzekering motorrijtuigen bedoelde register,
g. het verstrekken van gegevens uit het in onderdeel f genoemde register aan degenen die ingevolge de in artikel 38, tweede lid van de Wet aansprakelijkheidsverzekering motorrijtuigen bedoelde algemene maatregel van bestuur niet tot betaling van het ter zake vastgestelde tarief zijn gehouden,
h. de inspectie bedoeld in artikel 45a, tweede lid, indien naar het oordeel van de Dienst Wegverkeer blijkt dat de gegevens juist in het kentekenregister zijn opgenomen dan wel de onjuistheid van een gegeven degene aan wie het kentekenbewijs voor het geïnspecteerde voertuig is afgegeven niet kan worden tegengeworpen,
i. het toezicht op het terugroepen door de fabrikant van reeds in de handel gebrachte voertuigen,
j. het uitvoeren van experimenten op grond van artikel 186, eerste en tweede lid, en het opstellen van het verslag over de doeltreffendheid en de effecten van experimenten op grond van artikel 186, derde lid,
k. het uitvoeren van de op grond van artikel 4b, eerste lid, onderdeel r, opgedragen taken,
l. verstrekkingen waarbij inning van het tarief meer kost dan het te innen tarief.

Artikel 4r De directie stelt bij reglement richtlijnen vast voor het voeren van een ordelijk financieel beheer van de Dienst Wegverkeer.

Artikel 4s Het boekjaar van de Dienst Wegverkeer valt samen met het kalenderjaar.

Artikel 4t 1 De directie dient het financiële meerjarenbeleidsplan, waarmee de raad van toezicht heeft ingestemd, voor 1 oktober voorafgaand aan het boekjaar, in bij Onze Minister.
2 Bij regeling van Onze Minister kunnen regels worden gesteld over de inrichting van het financiële meerjarenbeleidsplan en kunnen aandachtspunten worden vastgesteld voor de accountantscontrole.