onteigeningswet (OW)


Artikel 156 1 De wet van 29 Mei 1841 (Staatsblad nr. 19) is ingetrokken.
2 Zij blijft intusschen toepasselijk op regtsvorderingen tot onteigening vóór de afkondiging dezer wet aangevangen.
3 Het zal desniettemin aan de onteigenende partij vrijstaan, van hare volgens de vorige wet aangevangen regtsvordering, zoolang nog geen vonnis in de zaak is gewezen, afstand te doen en eene nieuwe volgens deze wet in te stellen. In dat geval moet zij alle kosten, door de wederpartij tot op het doen van dien afstand gemaakt, betalen.
4 Zij kan tot die betaling genoodzaakt worden op het enkel bevelschrift van den voorzitter der rechtbank, gesteld aan den voet van den door de wederpartij opgemaakten staat van kosten.
5 Dit bevelschrift is uitvoerbaar bij voorraad.

Wijzigingen

Datum Betreft Bekendmaking Kamerdossier Memorie van toelichting
vervallen Stb 2020 112 (pdf) 35133 MvT (web) MvT (pdf)
01-01-2013 wijziging Stb 2012 313 (pdf) 32891 MvT (web) MvT (pdf)
01-08-1922 wijziging Stb 1922 349
26-09-1851 nieuwe-regeling Stb 1851 125