Burgerlijk Wetboek Boek 7A (BW)


Boek 7a

Bijzondere overeenkomsten; vervolg

Zestiende titel

Van kans-overeenkomsten

Eerste afdeeling

Algemeene bepalingen

Artikel 1811 Vervallen

Tweede afdeeling

Van de overeenkomst van lijfrenten en derzelver gevolgen

Artikel 1813 Vervallen

Artikel 1814 Vervallen

Artikel 1817 Vervallen

Artikel 1819 Vervallen

Artikel 1822 Vervallen

Artikel 1824 Vervallen

Derde afdeeling

Van spel en weddingschap

Artikel 1825 De wet staat geene regtsvordering toe, ter zake van eene schuld uit spel of uit weddingschap voortgesproten.

Artikel 1826 1 Onder de hier-boven staande bepaling zijn echter niet begrepen die spelen welke geschikt zijn tot ligchaamsoefening, als het schermen, wedloopen en dergelijke.
2 Niettemin kan de regter den eisch ontzeggen of verminderen, wanneer hem de som overmatig toeschijnt.

Artikel 1827 Van de vorige twee artikelen kan op generlei wijze worden afgeweken.

Artikel 1828 In geen geval, kan hij die het verlorene vrijwillig betaald heeft hetzelve terug eischen, ten ware, van den kant van dengenen die gewonnen heeft, bedrog, list of opligting hebbe plaats gehad.