Woningwet (Wonw)


Artikel 61 1 Het toezicht op de toegelaten instellingen en de dochtermaatschappijen is opgedragen aan de autoriteit.
2 Het toezicht richt zich op de volgende onderwerpen:
a. de rechtmatigheid van het handelen en nalaten van de toegelaten instellingen en de dochtermaatschappijen;
b. de governance en de integriteit van beleid en beheer van de toegelaten instellingen en de dochtermaatschappijen;
c. het behoud van de financiële continuïteit van de toegelaten instellingen en de dochtermaatschappijen;
d. het beschermen van het maatschappelijk bestemd vermogen van de toegelaten instellingen en de dochtermaatschappijen;
e. de solvabiliteit en de liquiditeit van de toegelaten instellingen en de dochtermaatschappijen;
f. de kwaliteit van het financieel risicomanagement, het financieel beheer, de financiële aansturing en de financiële verantwoording van de toegelaten instellingen en de dochtermaatschappijen;
g. de compensatie, waaronder mede is begrepen de naleving van artikel 48, alsmede artikel 49, eerste en tweede lid, dan wel van de artikelen 49, eerste lid, 25b, eerste lid, van de Mededingingswet, en de andere situaties waarin toegelaten instellingen of samenwerkingsvennootschappen meer compensatie zouden kunnen ontvangen dan hen toekomt.
3 Het toezicht omvat de volgende taken:
a. het risicogericht beoordelen van het beleid en beheer van de toegelaten instellingen en de dochtermaatschappijen, en het aan hen doen toekomen van dat oordeel;
b. het risicogericht beoordelen van het functioneren van de toegelaten instellingen en de dochtermaatschappijen in het algemeen en
c. het desgevraagd en uit eigen beweging informeren van Onze Minister over ontwikkelingen omtrent de toegelaten instellingen en de dochtermaatschappijen die in het belang van het toezicht zijn, en het op grond daarvan doen van voorstellen.
4 Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen aan de autoriteit andere onderwerpen en taken worden opgedragen in het kader van het toezicht op toegelaten instellingen en de dochtermaatschappijen.
5 Onze Minister verleent de autoriteit mandaat om de aanwijzingen te geven en de maatregelen te nemen, bedoeld in de artikel 48, achtste lid, 61d tot en met 61g, 104a, eerste lid, 105, eerste lid, en 120b.
6 Indien een college van burgemeester en wethouders Onze Minister of de autoriteit verzoekt maatregelen te nemen of te bevorderen waartoe hij of zij ingevolge deze afdeling bevoegd is, is hij of zij gehouden naar aanleiding van dat verzoek een besluit te nemen.

Wijzigingen

Datum Betreft Bekendmaking Kamerdossier Memorie van toelichting
01-01-2022 wijziging Stb 2021 425 (pdf) 35517 MvT (web) MvT (pdf)
13-06-2018 wijziging Stb 2018 106 (pdf) 34852 MvT (web) MvT (pdf)
01-07-2017 wijziging Stb 2017 25 (pdf) 34468 MvT (web) MvT (pdf)
01-07-2015 wijziging Stb 2015 145 (pdf) 32769 MvT (web) MvT (pdf)
Stb 2015 146 (pdf) 33966 MvT (web) MvT (pdf)
01-04-2007 vervallen Stb 2007 27 (pdf) 29392 MvT (web) MvT (pdf)
01-01-2003 wijziging Stb 2001 518 (pdf) 26734 MvT (web) MvT (pdf)
01-07-1994 wijziging Stb 1994 396 (pdf) 23048 MvT (pdf)
01-01-1994 wijziging Stb 1992 423 (pdf) 22320 MvT (pdf)
01-10-1992 nieuwe-regeling Stb 1991 439 (pdf) 20066 MvT (pdf)