Wetboek van Strafvordering (Sv)


Vijfde Boek

Internationale en Europese strafrechtelijke samenwerking

Titel 3

Overdracht en overname van strafvervolging

Tweede afdeling

Overname van strafvervolging

§ 3

Overname van strafvervolging van een internationaal gerecht

Artikel 5.3.18

(verzoek tot instellen strafvervolging)

1 Onze Minister van Veiligheid en Justitie beslist over een van een internationaal gerecht afkomstig verzoek tot het instellen van een strafvervolging.
2 De officier van justitie die rechtstreeks van een internationaal gerecht een verzoek ontvangt tot het instellen van een strafvervolging, zendt dat verzoek met de daarbij gevoegde stukken aan Onze Minister van Veiligheid en Justitie.

Artikel 5.3.19

(verzoek om nadere informatie)

Alvorens zijn beslissing omtrent het verzoek tot strafvervolging te nemen, kan Onze Minister van Veiligheid en Justitie het internationaal gerecht waarvan het verzoek is uitgegaan in de gelegenheid stellen tot het verschaffen van nadere inlichtingen binnen een door hem te stellen termijn.

Artikel 5.3.20

(advies van officier van justitie)

Tenzij Onze Minister van Veiligheid en Justitie reeds aanstonds van oordeel is dat het verzoek tot strafvervolging niet voor inwilliging in aanmerking komt, zendt hij het verzoek met de daarbij gevoegde stukken voor advies aan de officier van justitie bij het landelijk parket.

Artikel 5.3.21

(beslissing Minister van Veiligheid en Justitie)

1 Zo spoedig mogelijk na de ontvangst van het advies van de officier van justitie neemt Onze Minister van Veiligheid en Justitie een beslissing, waarbij het verzoek tot het instellen van een strafvervolging wordt ingewilligd dan wel afgewezen.
2 Hij geeft van zijn beslissing kennis aan het internationaal gerecht waarvan het verzoek is uitgegaan en aan de officier van justitie.
3 Hij stelt het internationaal gerecht ook in kennis van de uitkomst van de strafvervolging die naar aanleiding van het verzoek is ingesteld.

Artikel 5.3.22

(schakelbepaling)

De artikelen 5.3.12 en 5.3.15, eerste lid, zijn van overeenkomstige toepassing bij de overname van strafvervolging van een internationaal gerecht.