Wetboek van Strafvordering (Sv)


Artikel 325 Voor de sluiting van het onderzoek vraagt de voorzitter aan de verdachte die op de terechtzitting door een tolk is bijgestaan of hij bij de uitspraak die niet aanstonds wordt gedaan, aanwezig zal zijn. Indien de verdachte verklaart niet aanwezig te zullen zijn, blijft de oproeping van de tolk voor de uitspraak achterwege. Indien de verdachte verklaart wel aanwezig te zullen zijn, zegt de voorzitter de tolk de datum en het tijdstip van de uitspraak aan; de aanzegging geldt als oproeping.

Wijzigingen

Datum Betreft Bekendmaking Kamerdossier Memorie van toelichting
01-02-1998 wijziging Stb 1998 33 (pdf) 24692 MvT (web) MvT (pdf)
01-01-1926 wijziging Stb 1925 343
01-01-1926 nieuwe-regeling Stb 1921 14