Wetboek van Strafvordering (Sv)
Artikel 126b 1 Tijdens het strafrechtelijk financieel onderzoek is de officier van justitie bevoegd zonder verdere rechterlijke machtiging te gelasten dat voorwerpen op grond van artikel 94a, tweede lid, in beslag worden genomen.
2 Indien de officier van justitie zulks in het belang van het strafrechtelijk financieel onderzoek noodzakelijk acht, vordert hij dat de rechter-commissaris ter inbeslagneming een plaats doorzoekt dan wel andere hem krachtens het derde lid toekomende bevoegdheden uitoefent.
3 Aan de rechter-commissaris komen tijdens het strafrechtelijk financieel onderzoek dezelfde bevoegdheden toe als in het geval hij in een zaak onderzoekshandelingen verricht uit hoofde van artikel 181, met dien verstande dat:
a. hij ook bevoegd is de uitlevering ter inbeslagneming te bevelen van brieven welke kunnen dienen om door degene tegen wie het onderzoek is gericht, verkregen wederrechtelijk voordeel aan te tonen;
b. hij niet gehouden is degene tegen wie het onderzoek is gericht of diens raadsman tot bijwoning van enige door hem te verrichten onderzoekshandeling toe te laten.
Wijzigingen
Datum | Betreft | Bekendmaking | Kamerdossier | Memorie van toelichting |
---|---|---|---|---|
01-01-2014 | wijziging | Stb 2013 278 (pdf) | 33295 | MvT (web) MvT (pdf) |
01-01-2013 | wijziging | Stb 2011 600 (pdf) | 32177 | MvT (web) MvT (pdf) |
01-06-2000 | wijziging | Stb 2000 204 (pdf) | 26706 | MvT (web) MvT (pdf) |
01-02-2000 | wijziging | Stb 1999 243 (pdf) | 23251 | MvT (pdf) |
01-03-1993 | nieuw | Stb 1993 11 (pdf) | 21504 | MvT (pdf) |