Wetboek van Strafrecht (Sr)


Tweede Boek

Misdrijven

Titel XXVII

Vernieling of beschadiging

Artikel 350 1 Hij die opzettelijk en wederrechtelijk enig goed dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort, vernielt, beschadigt, onbruikbaar maakt of wegmaakt, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste twee jaren of geldboete van de vierde categorie.
2 Met gevangenisstraf van ten hoogste drie jaren of een geldboete van de vierde categorie wordt gestraft hij die opzettelijk en wederrechtelijk een dier dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort, doodt, beschadigt, onbruikbaar maakt of wegmaakt.

Artikel 350a 1 Hij die opzettelijk en wederrechtelijk gegevens die door middel van een geautomatiseerd werk of door middel van telecommunicatie zijn opgeslagen, worden verwerkt of overgedragen, verandert, wist, onbruikbaar of ontoegankelijk maakt, dan wel andere gegevens daaraan toevoegt, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste twee jaren of geldboete van de vierde categorie.
2 Artikel 138b, tweede en derde lid, is van overeenkomstige toepassing.
3 Hij die opzettelijk en wederrechtelijk gegevens ter beschikking stelt of verspreidt die zijn bestemd om schade aan te richten in een geautomatiseerd werk, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste vier jaren of geldboete van de vijfde categorie.
4 Niet strafbaar is degeen die het feit, bedoeld in het derde lid, pleegt met het oogmerk om schade als gevolg van deze gegevens te beperken.

Artikel 350b 1 Hij aan wiens schuld te wijten is dat gegevens die door middel van een geautomatiseerd werk of door middel van telecommunicatie zijn opgeslagen, worden verwerkt of overgedragen, wederrechtelijk worden veranderd, gewist, onbruikbaar of ontoegankelijk gemaakt, dan wel dat andere gegevens daaraan worden toegevoegd, wordt, indien daardoor ernstige schade met betrekking tot die gegevens wordt veroorzaakt, gestraft met gevangenisstraf of hechtenis van ten hoogste een maand of geldboete van de tweede categorie.
2 Hij aan wiens schuld te wijten is dat gegevens wederrechtelijk ter beschikking gesteld of verspreid worden die zijn bestemd om schade aan te richten in een geautomatiseerd werk, wordt gestraft met gevangenisstraf of hechtenis van ten hoogste een maand of geldboete van de tweede categorie.

Artikel 350c 1 Hij die opzettelijk enig geautomatiseerd werk of enig werk voor telecommunicatie vernielt, beschadigt of onbruikbaar maakt, stoornis in de gang of in de werking van zodanig werk veroorzaakt, of een ten opzichte van zodanig werk genomen veiligheidsmaatregel verijdelt, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste twee jaren of geldboete van de vierde categorie, indien daardoor wederrechtelijk verhindering of bemoeilijking van de opslag, verwerking of overdracht van gegevens of stoornis in een telecommunicatienetwerk of in de uitvoering van een telecommunicatiedienst, ontstaat.
2 Artikel 138b, tweede en derde lid, is van overeenkomstige toepassing.

Artikel 350d Met gevangenisstraf van ten hoogste twee jaren of geldboete van de vierde categorie wordt gestraft hij die, met het oogmerk dat daarmee een misdrijf als bedoeld in artikel 350a, eerste lid, of 350c wordt gepleegd:
a. een technisch hulpmiddel dat hoofdzakelijk geschikt gemaakt of ontworpen is tot het plegen van een zodanig misdrijf, vervaardigt, ontvangt, zich verschaft, overdraagt, verkoopt, verwerft, vervoert, invoert, uitvoert, verspreidt of anderszins ter beschikking stelt of voorhanden heeft, of
b. een computerwachtwoord, toegangscode of daarmee vergelijkbaar gegeven waardoor toegang kan worden verkregen tot een geautomatiseerd werk of een deel daarvan, vervaardigt, verkoopt, verwerft, invoert, verspreidt of anderszins ter beschikking stelt of voorhanden heeft.

Artikel 351 Hij die spoorweg- of elektriciteitswerken, geautomatiseerde werken of werken voor telecommunicatie, werken dienend tot waterkering, waterlozing, gas- of waterleiding of riolering, voor zover deze werken ten algemenen nutte gebezigd worden, dan wel goederen of werken ten behoeve van de landsverdediging, opzettelijk en wederrechtelijk vernielt, beschadigt, onbruikbaar maakt, onklaar maakt of weg maakt, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste drie jaren of geldboete van de vierde categorie.

Artikel 351bis Hij aan wiens schuld te wijten is dat enig in het vorig artikel bedoeld goed of werk, vernield, beschadigd, onbruikbaar gemaakt, onklaar gemaakt of weggemaakt wordt, wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste een maand of geldboete van de tweede categorie.

Artikel 352 Hij die opzettelijk en wederrechtelijk enig gebouw, vaartuig of zijn lading, installatie ter zee of luchtvaartuig dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort, vernielt, beschadigt, onbruikbaar maakt of onklaar maakt, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste vier jaren of geldboete van de vierde categorie.

Artikel 353 De bepaling van artikel 316 is op de in deze titel omschreven misdrijven van toepassing.

Artikel 354 Indien een der in deze titel omschreven misdrijven arglistig gepleegd wordt, of daarvan levensgevaar voor een ander is te duchten, kan de gevangenisstraf met een derde worden verhoogd.

Artikel 354a 1 Indien een der in de artikelen 350, 350a, 350c, 351, 352 en 354 omschreven feiten wordt gepleegd met het oogmerk om een terroristisch misdrijf voor te bereiden of gemakkelijk te maken, wordt de op het feit gestelde gevangenisstraf met een derde verhoogd.
2 Indien een feit strafbaar gesteld in de artikelen 350, 350a, 350c, 351, 352 of 354 is begaan met een terroristisch oogmerk, wordt de op het feit gestelde gevangenisstraf met de helft verhoogd.

Artikel 354b Bij veroordeling wegens een der misdrijven omschreven in de artikelen 350, 350a, 350c, 351, 352, 354, begaan met een terroristisch oogmerk, kan ontzetting van het in artikel 28, eerste lid, onder 3°, vermelde recht worden uitgesproken.