Wetboek van Strafrecht (Sr)


Artikel 232 1 Hij die opzettelijk een niet-contant betaalinstrument dan wel een voor het publiek beschikbare kaart of een voor het publiek beschikbare drager van identificerende persoonsgegevens, bestemd voor het verrichten of verkrijgen van andere prestaties dan betalingen langs geautomatiseerde weg, valselijk opmaakt of vervalst, met het oogmerk zich of een ander te bevoordelen, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste zes jaren of geldboete van de vijfde categorie.
2 Met dezelfde straf wordt gestraft hij die opzettelijk gebruikmaakt van een door misdrijf verkregen, vals of vervalst niet-contant betaalinstrument of van een door misdrijf verkregen, valse of vervalste kaart als waren deze echt of onvervalst dan wel opzettelijk een zodanig betaalinstrument of zodanige kaart aflevert, voorhanden heeft, ontvangt, zich verschaft, vervoert, invoert, uitvoert, verkoopt of overdraagt, terwijl hij weet of redelijkerwijs moet vermoeden dat het niet-contante betaalinstrument of de kaart bestemd is voor zodanig gebruik.

Wijzigingen

Datum Betreft Bekendmaking Kamerdossier Memorie van toelichting
01-05-2021 wijziging Stb 2021 203 (pdf) 35656 MvT (web) MvT (pdf)
01-05-2014 wijziging Stb 2014 125 (pdf) 33352 MvT (web) MvT (pdf)
01-09-2006 wijziging Stb 2006 300 (pdf) 26671 MvT (web) MvT (pdf)
Stb 2006 24 (pdf) 30171 MvT (web) MvT (pdf)
16-06-2004 wijziging Stb 2004 180 (pdf) 29025 MvT (web) MvT (pdf)
01-07-2000 wijziging Stb 2000 40 (pdf) 23993 MvT (pdf)
27-01-1995 wijziging Stb 1995 32 (pdf) 23681 MvT (pdf)
01-03-1993 nieuw Stb 1993 33 (pdf) 21551 MvT (pdf)
28-07-1925 vervallen Stb 1925 243
01-09-1886 nieuwe-regeling Stb 1881 35