Artikel 161 Hij die opzettelijk enig werk dienend tot waterkering, waterlozing, gas- of waterleiding of riolering vernielt, onbruikbaar maakt of beschadigt, wordt gestraft:
1º. met gevangenisstraf van ten hoogste zes jaren of geldboete van de vijfde categorie, indien daarvan gevaar voor een overstroming of gemeen gevaar voor goederen te duchten is;
2º. met gevangenisstraf van ten hoogste negen jaren of geldboete van de vijfde categorie, indien daarvan levensgevaar voor een ander te duchten is;
3º. met gevangenisstraf van ten hoogste vijften jaren of geldboete van de vijfde categorie, indien daarvan levensgevaar voor een ander te duchten is en het feit iemands dood ten gevolge heeft.
Wijzigingen
Datum | Betreft | Bekendmaking | Kamerdossier | Memorie van toelichting |
---|---|---|---|---|
10-08-2004 | wijziging | Stb 2004 290 (pdf) | 28463 | MvT (web) MvT (pdf) |
01-05-1984 | wijziging | Stb 1984 91 (pdf) | 17524 | MvT (pdf) |
01-09-1886 | nieuwe-regeling | Stb 1881 35 |