Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (geldt in geval van niet-digitaal procederen) (Rv)


Artikel 705 1 De voorzieningenrechter die verlof tot het beslag heeft gegeven kan, rechtdoende in kort geding, het beslag op vordering van elke belanghebbende opheffen, onverminderd de bevoegdheid van de gewone rechter.
2 De opheffing wordt onder meer uitgesproken bij verzuim van op straffe van nietigheid voorgeschreven vormen, indien summierlijk van de ondeugdelijkheid van het door de beslaglegger ingeroepen recht of van het onnodige van het beslag blijkt, of, zo het beslag is gelegd voor een geldvordering, indien voor deze vordering voldoende zekerheid wordt gesteld.
3 Artikel 63, tweede lid, en artikel 438, derde lid, derde zin, vierde, vijfde en zesde lid, zijn van overeenkomstige toepassing.

Wijzigingen

Datum Betreft Bekendmaking Kamerdossier Memorie van toelichting
01-10-2022 wijziging Stb 2022 345 (pdf) 36003 MvT (web) MvT (pdf)
01-10-2020 wijziging Stb 2020 177 (pdf) 35225 MvT (web) MvT (pdf)
01-03-2017 nieuwe-regeling Stb 2016 289 (pdf) 34138 MvT (web) MvT (pdf)