Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (geldt in geval van niet-digitaal procederen) (Rv)


Artikel 411 1 De verweerder dient zijn verweerschrift in op een door de Hoge Raad te bepalen datum. Voor de indiening wordt een termijn van vier weken verleend. Indiening geschiedt niet dan nadat de verweerder het verschuldigde griffierecht heeft voldaan. Indien de verweerder het griffierecht niet tijdig heeft voldaan, vervalt zijn recht om verweer in cassatie te voeren of om van zijn zijde in cassatie te komen.
2 Artikel 30i, vierde lid, is van toepassing in cassatie. Alleen de in artikel 30i, vijfde lid, bedoelde exceptie wordt op straffe van verval afzonderlijk voor alle weren van rechten voorgedragen.

Wijzigingen

Datum Betreft Bekendmaking Kamerdossier Memorie van toelichting
Aanhangig 36212 MvT (web) MvT (pdf)
01-03-2017 nieuwe-regeling Stb 2016 289 (pdf) 34138 MvT (web) MvT (pdf)