Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (geldt in geval van niet-digitaal procederen) (Rv)


Artikel 1018m 1 Procedures tussen degene of degenen tegen wie de collectieve vordering ingevolge deze titel zich richt, en een persoon tot bescherming van wier belangen de procedure over de collectieve vordering wordt gevoerd en die zich overeenkomstig artikel 1018f aan de behartiging van hun belangen in de procedure en de uitspraak heeft bevrijd, kunnen op verzoek van de meest gerede partij worden geschorst indien de procedure betrekking heeft op gelijksoortige feitelijke en rechtsvragen voor dezelfde gebeurtenis of gebeurtenissen, ook indien reeds de dag is bepaald waarop het vonnis, het arrest of de beschikking zal worden uitgesproken.
2 Het geschorste geding wordt overeenkomstig artikel 227, eerste lid, hervat:
a. indien de schorsing langer dan een jaar heeft geduurd en de meest gerede partij om opheffing van de schorsing heeft verzocht;
b. indien in de procedure over de collectieve vordering een uitspraak is gedaan en deze onherroepelijk is geworden.

Wijzigingen

Datum Betreft Bekendmaking Kamerdossier Memorie van toelichting
01-01-2020 nieuw Stb 2019 130 (pdf) 34608 MvT (web) MvT (pdf)