Wet wederzijdse erkenning en tenuitvoerlegging vrijheidsbenemende en voorwaardelijke sancties


Artikel 3:13

(facultatieve weigeringsgronden)

1 Het openbaar ministerie kan de erkenning van de rechterlijke uitspraak weigeren indien:
a. het feit waarvoor de sanctie is opgelegd:
1°. geacht wordt geheel of gedeeltelijk op Nederlands grondgebied of buiten Nederland aan boord van een Nederlands vaartuig of luchtvaartuig te zijn gepleegd; of
2°. buiten het grondgebied van de uitvaardigende lidstaat is gepleegd,
terwijl naar Nederlands recht geen vervolging zou kunnen worden ingesteld indien het feit buiten Nederland zou zijn gepleegd;
b. de opgelegde taakstraf een kortere duur heeft dan tachtig uren, dan wel de opgelegde verplichting of de proeftijd een kortere duur heeft dan zes maanden.
2 Het openbaar ministerie weigert de erkenning van de rechterlijke uitspraak niet op grond van het eerste lid, onderdeel a, dan nadat de bevoegde autoriteit van de uitvaardigende lidstaat in de gelegenheid is gesteld hieromtrent inlichtingen te verschaffen.

Wijzigingen

Datum Betreft Bekendmaking Kamerdossier Memorie van toelichting
01-11-2012 nieuwe-regeling Stb 2012 333 (pdf) 32885 MvT (web) MvT (pdf)