Wet wederzijdse erkenning en tenuitvoerlegging vrijheidsbenemende en voorwaardelijke sancties


Artikel 2:18

(informatieverplichtingen)

Onze Minister stelt de bevoegde autoriteit van de uitvaardigende lidstaat onverwijld in een vorm die toelaat dat het schriftelijk wordt vastgelegd in kennis van de volgende informatie over de tenuitvoerlegging van de rechterlijke uitspraak:
a. het tijdstip waarop de voorwaardelijke invrijheidstelling van de veroordeelde ingaat en het tijdstip waarop de proeftijd van de voorwaardelijke invrijheidstelling afloopt, indien daar in het certificaat om is gevraagd;
b. het feit dat de tenuitvoerlegging van de vrijheidsbenemende sanctie is voltooid;
c. een beslissing betreffende gratie of amnestie als gevolg waarvan de vrijheidsbenemende sanctie niet of niet geheel ten uitvoer wordt gelegd;
d. het feit dat het onmogelijk is om de vrijheidsbenemende sanctie ten uitvoer te leggen, omdat de veroordeelde niet in Nederland kan worden gevonden;
e. het feit dat de veroordeelde zich aan de tenuitvoerlegging van de vrijheidsbenemende sanctie heeft onttrokken.

Wijzigingen

Datum Betreft Bekendmaking Kamerdossier Memorie van toelichting
01-11-2012 nieuwe-regeling Stb 2012 333 (pdf) 32885 MvT (web) MvT (pdf)