Wet rechtspositie rechterlijke ambtenaren (Wrra)


Artikel 17 1 Het genot van het salaris vangt aan met ingang van de dag waarop de rechterlijk ambtenaar in dienst treedt.
2 Bij overgang naar een andere functie binnen de rijksoverheid wordt, indien deze functie wordt aanvaard met ingang van een dag waarop het einde van de benoeming in het rechterlijke ambt nog niet is ingegaan, het salaris in dit ambt niet langer uitbetaald dan tot de dag waarop het genot van het salaris in de nieuwe functie aanvangt.
3 Het salaris wordt per maand genoten.
4 Indien een aanspraak op een verhoging van het salaris ontstaat op een andere dag dan de eerste dag van een kalendermaand, wordt het nieuwe salaris genoten vanaf de eerste dag van die kalendermaand.
5 Indien het salaris moet worden berekend over een gedeelte van de kalendermaand, wordt het salaris per dag vastgesteld door het maandelijkse salaris te delen door het aantal dagen van de desbetreffende kalendermaand.
6 De rechterlijk ambtenaar of rechterlijk ambtenaar in opleiding ontvangt over de tijd gedurende welke hij in strijd met zijn verplichtingen opzettelijk nalaat zijn werkzaamheden te verrichten geen salaris.
7 Het tweede, derde, vijfde en zesde lid zijn van overeenkomstige toepassing ten aanzien van de toelagen die ingevolge het bij of krachtens deze wet bepaalde tot de bezoldiging van de rechterlijk ambtenaar behoren.

Wijzigingen

Datum Betreft Bekendmaking Kamerdossier Memorie van toelichting
01-01-2019 wijziging Stb 2018 298 (pdf) 33861 MvT (web) MvT (pdf)
01-01-2017 wijziging Stb 2015 456 (pdf) 34162 MvT (web) MvT (pdf)
01-07-2010 wijziging Stb 2009 8 (pdf) 31227 MvT (web) MvT (pdf)
01-06-1999 wijziging Stb 1999 194 (pdf) 25392 MvT (web) MvT (pdf)
01-04-1998 wijziging Stb 1998 120 (pdf) 25404 MvT (web) MvT (pdf)
01-01-1997 nieuwe-regeling Stb 1996 590 (pdf) 24220 MvT (web) MvT (pdf)