Wet op de Kamer van Koophandel


Hoofdstuk 5

Werkwijze van de Kamer

Artikel 17 1 De Centrale Raad stelt ten minste eenmaal in de vijf jaren het ontwerp voor het meerjarenprogramma vast. Het ontwerp legt op hoofdlijnen vast welke werkzaamheden de Kamer zal uitvoeren.
2 Het ontwerp bevat voorts een beschrijving van de op middellange en lange termijn te realiseren doelstellingen en de hoofdlijnen van het daarop te richten beleid.
3 De Kamer stelt het meerjarenprogramma vast op basis van het ontwerp. Voor zover het ontwerp op overwegende bezwaren stuit kan de Kamer het meerjarenprogramma in afwijking van het ontwerp vaststellen. Afwijking wordt met redenen omkleed weergegeven in het meerjarenprogramma.
4 De Kamer zendt het meerjarenprogramma ter goedkeuring aan de Minister, vergezeld van zijn standpunt inzake de financiƫle en organisatorische voorwaarden die ter uitvoering ervan moeten worden vervuld.
5 Onze Minister kan het tijdstip vaststellen waarop het meerjarenprogramma en het standpunt moeten zijn ontvangen.

Artikel 18 1 De Kamer stelt jaarlijks een activiteitenplan vast voor het daaropvolgende jaar. De Kamer kan het activiteitenplan tussentijds wijzigen.
2 In het activiteitenplan wordt vastgelegd welke werkzaamheden de Kamer zal uitvoeren, voor zover de beschikbare middelen dat toelaten. De Kamer neemt hierbij de hoofdlijnen van het op grond van artikel 17 goedgekeurde meerjarenprogramma in acht.
3 Een regionale raad doet de Kamer jaarlijks voor een door de Kamer te bepalen tijdstip een voorstel voor de ter uitvoering van artikel 28 voor de desbetreffende regio in het activiteitenplan op te nemen werkzaamheden. Ten aanzien van vastlegging van deze activiteiten in het activiteitenplan neemt de Kamer het voor die regio op grond van artikel 23 vastgestelde regionale meerjarenprogramma in acht.

Artikel 19 De Kamer legt het activiteitenplan en de wijzigingen in het activiteitenplan voor advies voor aan de Centrale Raad.

Artikel 20 1 De Kamer zendt jaarlijks het activiteitenplan aan Onze Minister, vergezeld van het advies van de Centrale Raad.
2 Onze Minister kan het tijdstip vaststellen waarop het activiteitenplan moet zijn ontvangen.

Artikel 21 1 De Kamer stelt een bestuursreglement vast.
2 In het bestuursreglement worden in elk geval regels gesteld omtrent de wijze waarop beslissingen van de Kamer worden voorbereid, genomen en uitgevoerd, en worden regels gesteld omtrent de taak en bevoegdheden van de voorzitter en overige leden.