Wet ministeriële verantwoordelijkheid en ambtsdelicten leden Staten-Generaal, ministers en staatssecretarissen (Wmv)


Hoofdstuk 2

Ambtsdelicten begaan door leden van de Staten-Generaal, ministers en staatssecretarissen

§ 2

Opdracht tot vervolging door de regering

Artikel 5 1 Het koninklijk besluit waarbij de opdracht wordt gegeven tot vervolging bevat een nauwkeurige aanduiding van het ten laste gelegde feit en de opdracht aan de procureur-generaal bij de Hoge Raad om de vervolging in te stellen.
2 Afschrift van dit besluit wordt aan de beide Kamers der Staten-Generaal toegezonden.

Artikel 6 Indien bij koninklijk besluit opdracht is gegeven tot vervolging, neemt de Tweede Kamer geen aanklacht tegen dezelfde persoon wegens dezelfde feiten in overweging.