Wet milieubeheer (MB)


Artikel 9.7.4.13 1 Indien naar het oordeel van het bestuur van de emissieautoriteit niet is voldaan aan de bij of krachtens deze paragraaf gestelde eisen voor het inboeken in het register van een hoeveelheid hernieuwbare energie of de verificatie, bedoeld in artikel 9.7.4.12, kan het bestuur die hoeveelheid, de kenmerken van die hoeveelheid of de factor, bedoeld in artikel 9.7.4.8, tot vijf jaar na het kalenderjaar van inboeken ambtshalve vaststellen.
2 Indien uit de vaststelling, bedoeld in het eerste lid, volgt dat de inboeker te veel hernieuwbare brandstofeenheden heeft ontvangen voor de geleverde hoeveelheid hernieuwbare energie, wordt het aantal per soort hernieuwbare brandstofeenheden dat die inboeker te veel heeft ontvangen, afgeschreven van de rekening van die inboeker.
3 Indien uit de vaststelling, bedoeld in het eerste lid, volgt dat de inboeker te weinig hernieuwbare brandstofeenheden heeft ontvangen voor de geleverde hoeveelheid hernieuwbare energie, wordt het aantal per soort hernieuwbare brandstofeenheden dat die inboeker te weinig heeft ontvangen, bijgeschreven op de rekening van die inboeker. Het bestuur van de emissieautoriteit houdt hierbij rekening met artikel 9.7.5.6.
4 Bij algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels worden gesteld over de toepassing van het eerste, tweede en derde lid.
5 Indien het aantal per soort hernieuwbare brandstofeenheden op de rekening van de inboeker als gevolg van de toepassing van tweede lid minder is dan nul, vult hij het tekort aan binnen drie kalendermaanden.

Wijzigingen

Datum Betreft Bekendmaking Kamerdossier Memorie van toelichting
01-01-2022 wijziging Stb 2021 334 (pdf) 35626 MvT (web) MvT (pdf)
01-07-2018 wijziging Stb 2018 137 (pdf) 34717 MvT (web) MvT (pdf)
01-01-2015 nieuw Stb 2014 455 (pdf) 33834 MvT (web) MvT (pdf)