Artikel 2.32 1 De commissie wijst uit haar midden een plaatsvervangend voorzitter aan.
2 De plaatsvervangend voorzitter kan te allen tijde zijn functie neerleggen door een schriftelijke kennisgeving aan de voorzitter.
3 In bijzondere gevallen kan de commissie de plaatsvervangend voorzitter in zijn functie schorsen en uit zijn functie ontslaan.
Wijzigingen
Datum | Betreft | Bekendmaking | Kamerdossier | Memorie van toelichting |
---|---|---|---|---|
01-01-1995 | wijziging | Stb 1994 766 (pdf) | 23487 | MvT (pdf) |