Wet algemene bepalingen (AB)


Artikel 1 Vervallen
Artikel 2 Vervallen
Artikel 3 Vervallen
Artikel 4 De wet verbindt alleen voor het toekomende en heeft geene terugwerkende kracht.
Artikel 5 Eene wet kan alleen door eene latere wet, voor het geheel of gedeeltelijk, hare kracht verliezen.
Artikel 6 Vervallen
Artikel 7 Vervallen
Artikel 8 De strafwetten en de verordeningen van policie, zijn verbindende voor allen die zich op het grondgebied van het Koningrijk bevinden.
Artikel 9 Het burgerlijk regt van het Koningrijk is hetzelfde voor vreemdelingen als voor de Nederlanders, zoo lange de wet niet bepaaldelijk het tegendeel vaststelt.
Artikel 10 Vervallen
Artikel 11 De regter moet volgens de wet regt spreken: hij mag in geen geval de innerlijke waarde of billijkheid der wet beoordeelen.
Artikel 12 Geen regter mag bij wege van algemeene verordening, dispositie of reglement, uitspraak doen in zaken welke aan zijne beslissing onderworpen zijn.
Artikel 13 De regter die weigert regt te spreken, onder voorwendsel van het stilzwijgen, de duisterheid of de onvolledigheid der wet, kan uit hoofde van regtsweigering vervolgd worden.
Artikel 13a De regtsmagt van den regter en de uitvoerbaarheid van regterlijke vonnissen en van authentieke akten worden beperkt door de uitzonderingen in het volkenregt erkend.
Artikel 14 Vervallen