Waterschapswet (Wschw)


Artikel 116 Voor de toepassing van dit hoofdstuk en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
a. ingezetene: degene die blijkens de basisregistratie personen bij het begin van het kalenderjaar woonplaats heeft in het gebied van het waterschap en die aldaar gebruik heeft van woonruimte, met dien verstande dat gebruik van woonruimte door de leden van een gezamenlijke huishouding wordt aangemerkt als gebruik door een lid van dat huishouden, dat wordt aangewezen door de in artikel 123, derde lid, onderdeel b, bedoelde ambtenaar van het waterschap;
b. woonruimte: een ruimte die blijkens zijn inrichting bestemd is om als een afzonderlijk geheel te voorzien in woongelegenheid en waarvan de delen blijkens de inrichting van die ruimte niet bestemd zijn om afzonderlijk in gebruik te worden gegeven;
c. natuurterreinen: ongebouwde onroerende zaken waarvan de inrichting en het beheer geheel of nagenoeg geheel en duurzaam zijn afgestemd op het behoud of de ontwikkeling van natuur. Onder natuurterreinen worden mede verstaan bossen en open wateren met een oppervlakte van ten minste één hectare.

Wijzigingen

Datum Betreft Bekendmaking Kamerdossier Memorie van toelichting
06-01-2014 wijziging Stb 2013 316 (pdf) 33555 MvT (web) MvT (pdf)
02-05-2009 wijziging Stb 2009 199 (pdf) 31515 MvT (web) MvT (pdf)
29-12-2007 wijziging Stb 2007 208 (pdf) 30601 MvT (web) MvT (pdf)
01-01-1992 wijziging Stb 1992 13 (pdf)
01-01-1992 nieuwe-regeling Stb 1991 379 (pdf) 19995 MvT (pdf)