Uitvoeringswet verordening wederzijdse erkenning van beschermingsmaatregelen in burgerlijke zaken


Artikel 4 1 Intrekking van een certificaat overeenkomstig artikel 9, eerste lid, van de verordening, geschiedt door de rechter die het heeft afgegeven. Als een verzoek daartoe wordt gedaan door de beschermde persoon of de persoon van wie de dreiging uitgaat kan het worden ingediend zonder tussenkomst van een advocaat.
2 De eerste volzin van het eerste lid is van overeenkomstige toepassing op een certificaat dat is afgegeven door een burgemeester of de hulpofficier van justitie als bedoeld in artikel 3, eerste lid, van de Wet tijdelijk huisverbod, met dien verstande dat in dat geval de burgemeester of hulpofficier van justitie het certificaat intrekt.
3 Tegen de intrekking van een certificaat of weigering daarvan staat geen voorziening open.