Rijksoctrooiwet 1995 (ROW 1995)
Artikel 55 1 Degene, die datgene waarvoor door een ander een octrooi is gevraagd, in Nederland, Curaçao of Sint Maarten reeds in of voor zijn bedrijf vervaardigde of toepaste of aan zijn voornemen tot zodanige vervaardiging of toepassing een begin van uitvoering had gegeven op de dag van indiening van die aanvrage of, indien de aanvrager een recht van voorrang geniet ingevolge artikel 9, eerste lid, dan wel ingevolge artikel 87 van het Europees Octrooiverdrag, op de dag van indiening van de aanvrage, waarop het recht van voorrang berust, blijft niettegenstaande het octrooi, als voorgebruiker bevoegd de in artikel 53 bedoelde handelingen te verrichten, tenzij hij zijn wetenschap ontleend heeft aan hetgeen reeds door de octrooiaanvrager vervaardigd of toegepast werd, of wel aan beschrijvingen, tekeningen of modellen van de octrooiaanvrager.
2 Het eerste lid is van overeenkomstige toepassing ten aanzien van dat deel van het aan Nederland, Curaçao of Sint Maarten grenzende continentaal plat, waarop het Koninkrijk soevereine rechten heeft, doch uitsluitend voor zover het handelingen betreft, gericht op en verricht tijdens het onderzoek naar de aanwezigheid van natuurlijke rijkdommen of het winnen daarvan.
3 Degene, die te goeder trouw datgene waarvoor aan een ander een Europees octrooi is verleend, reeds in of voor zijn bedrijf vervaardigde of toepaste of aan zijn voornemen tot zodanige vervaardiging of toepassing een begin van uitvoering had gegeven voor de datum waarop van een verbeterde vertaling als bedoeld in artikel 52, zevende lid, aantekening is gedaan in het octrooiregister, blijft niettegenstaande het octrooi bevoegd de in artikel 53 bedoelde handelingen te verrichten, voor zover deze handelingen geen inbreuk maken op het recht van de octrooihouder, bedoeld in de artikelen 53, 54, eerste lid, en 54a, waarbij de beschermingsomvang van het octrooi in dit geval bepaald wordt door de inhoud van de conclusies van het octrooischrift en de voor de uitleg daarvan bedoelde beschrijving en tekeningen in de eerdere, gebrekkige vertaling in het Nederlands.
4 De in het eerste en het derde lid bedoelde bevoegdheden gaan alleen met het bedrijf op anderen over.
Wijzigingen
Datum | Betreft | Bekendmaking | Kamerdossier | Memorie van toelichting |
---|---|---|---|---|
wijziging | Stb 1995 51 (pdf) | 22604 | MvT (pdf) | |
10-10-2010 | wijziging | Stb 2010 339 (pdf) | 32186 | MvT (web) MvT (pdf) |
01-04-2007 | wijziging | Stb 2006 22 (pdf) | 29874 | MvT (web) MvT (pdf) |
01-05-2003 | wijziging | Stb 2002 366 (pdf) | 27193 | MvT (web) MvT (pdf) |
01-04-1995 | nieuwe-regeling | Stb 1995 51 (pdf) | 22604 | MvT (pdf) |