Overgangswet nieuw Burgerlijk Wetboek (NBW)
Artikel 117 1 De bepalingen van de wet omtrent de rangorde waarin vorderingen uit de opbrengst van een goed moeten worden voldaan, gelden, behoudens het elders bepaalde, mede met betrekking tot vorderingen die op het tijdstip van het in werking treden van de wet bestaan.
2 De wet is niet van toepassing op de rangorde bij de verdeling van de opbrengst van een goed dat op het tijdstip van haar in werking treden reeds ten behoeve van het verhaal is verkocht, noch op die bij de verdeling van hetgeen op een vordering op dat tijdstip reeds is geïnd.
3 Het in werking treden van de wet heeft voor de dan bestaande vorderingen geen gevolg ten aanzien van de werking van een surséance van betaling, die voordien aan de schuldenaar voorlopig is verleend.
4 De wet is niet van toepassing op de rang van vorderingen op een in staat van faillissement verklaarde schuldenaar, indien zij in werking treedt nadat de rechter-commissaris overeenkomstig artikel 108 der Faillissementswet de dag heeft bepaald waarop die vorderingen uiterlijk ter verificatie moeten zijn ingediend.
Wijzigingen
Datum | Betreft | Bekendmaking | Kamerdossier | Memorie van toelichting |
---|---|---|---|---|
01-01-1992 | wijziging | Stb 1991 601 (pdf) | ||
01-04-1991 | nieuw | Stb 1991 197 (pdf) | 18998 | MvT (pdf) |