Artikel C 3 1 Indien het in artikel C 1, tweede lid, of in artikel C 2 bepaalde tijdstip valt in een jaar waarin de verkiezingen van de leden van provinciale staten onderscheidenlijk de gemeenteraad worden gehouden, treden de leden van de Tweede Kamer tegelijk af op een door de Voorzitter van de Tweede Kamer te bepalen tijdstip op de woensdag in de periode van 25 tot en met 31 mei.
2 De leden van de Tweede Kamer die zijn gekozen ter vervulling van de plaatsen van leden die op het in het eerste lid genoemde tijdstip zijn afgetreden, treden, tenzij zich opnieuw het geval als bedoeld in het eerste lid voordoet, tegelijk af op een door de Voorzitter van de Tweede Kamer te bepalen tijdstip op de eerstvolgende woensdag in de in artikel C 1, tweede lid, bedoelde periode nadat drie jaren zijn verstreken sedert de zitting van het centraal stembureau waarin de uitslag van de verkiezing is bekendgemaakt.
Wijzigingen
Datum | Betreft | Bekendmaking | Kamerdossier | Memorie van toelichting |
---|---|---|---|---|
01-01-2023 | wijziging | Stb 2022 292 (pdf) | 35489 | MvT (web) MvT (pdf) |
29-12-2001 | wijziging | Stb 2001 705 (pdf) | 27673 | MvT (web) MvT (pdf) |
04-04-2001 | wijziging | Stb 2001 163 (pdf) | 27009 | MvT (web) MvT (pdf) |
01-11-1989 | nieuwe-regeling | Stb 1989 423 (pdf) | 20264 | MvT (pdf) |