Kieswet (KW)


Afdeling II

De verkiezing van de leden van de Tweede Kamer der Staten-Generaal, van provinciale staten, van de algemene besturen, van de gemeenteraden en van het kiescollege voor Nederlanders die geen ingezetenen zijn

Hoofdstuk Na

De taak van het gemeentelijk stembureau bij de totstandkoming van de verkiezingsuitslag

§ 1

Algemene bepalingen

Artikel Na 1 1 Het gemeentelijk stembureau houdt op de dag na de dag van de stemming een openbare zitting.
2 In afwijking van het eerste lid houdt het gemeentelijk stembureau bij de verkiezing van de leden van het algemeen bestuur op de eerste of de tweede dag na de dag van de stemming een openbare zitting.

Artikel Na 2 1 Burgemeester en wethouders wijzen voor de zitting van het gemeentelijk stembureau een of meer geschikte locaties aan. Voorts stellen zij voor elke locatie de dag en het tijdstip vast waarop de werkzaamheden aanvangen.
2 De aanwijzing van een of meer locaties, de dag en het aanvangstijdstip van de werkzaamheden worden ten minste veertien dagen voor de dag van de stemming bekendgemaakt.
3 Indien voor de controle van de processen-verbaal dan wel de centrale stemopneming meer dan één locatie wordt aangewezen, stellen burgemeester en wethouders tevens voor elk stembureau vast op welke locatie de werkzaamheden plaatsvinden. Het tweede lid is van overeenkomstige toepassing.
4 Burgemeester en wethouders doen op bij algemene maatregel van bestuur vast te stellen wijze mededeling aan de kiezer van de locatie waar de werkzaamheden voor elk stembureau plaatsvinden alsmede van de dag en het aanvangstijdstip van de werkzaamheden van het gemeentelijk stembureau op elke aangewezen locatie.

Artikel Na 3 De burgemeester draagt zorg voor de inrichting van de locatie waar het gemeentelijk stembureau zijn werkzaamheden uitvoert.

Artikel Na 4 1 Gedurende de zitting zijn op elke locatie waar het gemeentelijk stembureau zitting houdt ten minste vijf leden aanwezig, onder wie de voorzitter of een plaatsvervangend voorzitter.
2 In afwijking van het eerste lid zijn voor de verkiezing van de leden van de gemeenteraad op elke locatie waar het gemeentelijk stembureau zitting houdt ten minste drie leden aanwezig, onder wie de voorzitter of een plaatsvervangend voorzitter.
3 Bij afwezigheid van de voorzitter worden de bij of krachtens de wet aan hem opgedragen taken en bevoegdheden uitgeoefend door een plaatsvervangend voorzitter.

Artikel Na 5 1 Indien de werkzaamheden op meer dan één locatie plaatsvinden, besluiten en handelen de op elke locatie aanwezige leden van het gemeentelijk stembureau namens het gemeentelijk stembureau.
2 Indien bij het nemen van een beslissing door de aanwezige leden de stemmen staken, beslist de stem van de voorzitter of, indien de voorzitter niet aanwezig is, de plaatsvervangend voorzitter.

Artikel Na 6 1 De leden van het gemeentelijk stembureau kunnen zich bij hun werkzaamheden doen bijstaan door een of meer ondersteuners. Ondersteuners kunnen zijn: ambtenaren van de gemeente, daartoe door burgemeester en wethouders aangewezen, alsmede andere personen, daartoe door burgemeester en wethouders benoemd.
2 Artikel E 4, tweede lid, aanhef en onderdelen a, c tot en met e, derde en vierde lid is van overeenkomstige toepassing.

Artikel Na 7 De voorzitter van het gemeentelijk stembureau is belast met de handhaving van de orde tijdens de zitting. Hij kan daartoe de burgemeester om bijstand verzoeken.

Artikel Na 8 1 De voorzitter van het gemeentelijk stembureau schorst de zitting, indien:
a. de werkzaamheden niet afgerond kunnen worden op de dag waarop zij zijn aangevangen; of
b. zich naar het oordeel van het gemeentelijk stembureau in of nabij de locatie waar de zitting wordt gehouden omstandigheden voordoen die de behoorlijke voortgang van de zitting onmogelijk maken.
2 Indien zich naar het oordeel van het gemeentelijk stembureau een situatie voordoet als bedoeld in het eerste lid, wordt dit door de voorzitter verklaard. De zitting wordt daarop geschorst. De voorzitter doet hiervan onverwijld mededeling aan de burgemeester. De burgemeester bepaalt vervolgens wanneer en waar de zitting wordt hervat.
3 Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden hieromtrent nadere regels gesteld.

Artikel Na 9 De burgemeester draagt er zorg voor dat van elk stembureau de transportbox, bedoeld in artikel N 11, eerste lid, en de enveloppe, bedoeld in artikel N 11, tweede lid, tijdig worden overgedragen aan het gemeentelijk stembureau.