Artikel 6.1.3 1 De kinderrechter kan, indien een machtiging niet kan worden afgewacht, op verzoek een spoedmachtiging verlenen om een jeugdige, met inachtneming van artikel 6.1.2, derde lid, in een gesloten accommodatie te doen opnemen en te doen verblijven.
2 Een spoedmachtiging kan slechts worden verleend indien naar het oordeel van de kinderrechter:
a. onmiddellijke verlening van jeugdhulp noodzakelijk is in verband met ernstige opgroei- of opvoedingsproblemen van de jeugdige die zijn ontwikkeling naar volwassenheid ernstig belemmeren, of een ernstig vermoeden daarvan;
b. de opneming en het verblijf noodzakelijk en geschikt zijn om te voorkomen dat de jeugdige zich aan deze jeugdhulp onttrekt of daaraan door anderen wordt onttrokken; en
c. er geen minder ingrijpende mogelijkheden zijn om de opgroei- en opvoedingsproblemen te behandelen.
3 Het verzoek behoeft de instemming van een gekwalificeerde gedragswetenschapper die de jeugdige met het oog daarop kort tevoren heeft onderzocht, tenzij onderzoek feitelijk onmogelijk is.
4 ArtikelĀ 6.1.2, zesde lid, is van overeenkomstige toepassing.
5 Indien de wettelijke vertegenwoordiger zijn instemming intrekt, kan de jeugdige gedurende ten hoogste de geldigheidsduur van de spoedmachtiging in de gesloten accommodatie verblijven, en zijn de paragrafen 6.3, 6.4 en 6.5 op de jeugdige van toepassing.
Wijzigingen
Datum | Betreft | Bekendmaking | Kamerdossier | Memorie van toelichting |
---|---|---|---|---|
Aanhangig | 35942 | MvT (web) MvT (pdf) | ||
01-01-2023 | wijziging | Stb 2022 408 (pdf) | 35833 | MvT (web) MvT (pdf) |
01-08-2016 | wijziging | Stb 2016 206 (pdf) | 34191 | MvT (web) MvT (pdf) |
01-01-2015 | nieuwe-regeling | Stb 2014 105 (pdf) | 33684 | MvT (web) MvT (pdf) |