Invorderingswet 1990 (IW)


Artikel 48 1 Erfgenamen zijn niet verder aansprakelijk dan ieder tot het beloop van zijn erfdeel vermeerderd met het bedrag van hetgeen hem door de erflater is gelegateerd en vermeerderd met al wat hij van de erflater op grond van artikel 12, eerste lid, van de Successiewet 1956 krachtens erfrecht door het overlijden geacht wordt te hebben verkregen - één en ander naar de waarde in het economische verkeer op het tijdstip van overlijden van de erflater - voor:
a. navorderings- en naheffingsaanslagen die na het overlijden van de belastingschuldige worden vastgesteld;
b. bedragen die na het overlijden van de hoofdelijk aansprakelijk gestelde worden vastgesteld op de voet van artikel 49.
2 In afwijking in zoverre van het eerste lid, onderdeel b, zijn erfgenamen niet aansprakelijk voor bedragen waarvoor de ontvanger de erflater op grond van artikel 36 of 36b na diens overlijden aansprakelijk stelt.
3 Het eerste lid is niet van toepassing op:
a. schenkingen als bedoeld in artikel 33 van de Successiewet 1956, onderdelen 1°, 2°, 3°, 8°, 9°, 11° en 12° en, voor zover het een schenking betreft waarvoor de verhoogde vrijstelling geldt, 5° en 7°;
b. schenkingen waarvan de schenkbelasting is kwijtgescholden op grond van artikel 67 van de Successiewet 1956.

Wijzigingen

Datum Betreft Bekendmaking Kamerdossier Memorie van toelichting
01-01-2019 wijziging Stb 2018 507 (pdf) 35027 MvT (web) MvT (pdf)
01-04-2017 wijziging Stb 2017 115 (pdf) 34555 MvT (web) MvT (pdf)
01-01-2008 wijziging Stb 2007 376 (pdf) 30322 MvT (web) MvT (pdf)
01-01-1995 wijziging Stb 1994 927 (pdf) 23046 MvT (pdf)
01-06-1990 nieuwe-regeling Stb 1990 221 (pdf) 20588 MvT (pdf)