Gerechtsdeurwaarderswet (GDW)


Artikel 42 1 De kamer voor gerechtsdeurwaarders kan getuigen en deskundigen oproepen en horen. Het horen van getuigen en deskundigen kan ook aan één der leden van de kamer worden opgedragen. Ieder die als getuige of deskundige is opgeroepen, is verplicht aan de oproeping gevolg te geven. Hij is voorts verplicht op de gestelde vragen te antwoorden, onderscheidenlijk de van hem gevorderde diensten te verlenen.
2 Op verzoek van de kamer voor gerechtsdeurwaarders doet de officier van justitie hen dagvaarden. De betrokkene is verplicht na dagvaarding te verschijnen.
3 Verschijnt een getuige of een deskundige op de dagvaarding niet, dan doet de officier van justitie op verzoek van de kamer hem andermaal dagvaarden, desverzocht met bevel tot medebrenging. Artikel 6:1:5 van het Wetboek van Strafvordering is van overeenkomstige toepassing.
4 De artikelen 290 en 292, eerste en vierde lid, onderscheidenlijk 299 van het Wetboek van Strafvordering zijn van overeenkomstige toepassing met betrekking tot het horen van een getuige onderscheidenlijk een deskundige.
5 Ten aanzien van getuigen en deskundigen zijn de artikelen 217 tot en met 219 van het Wetboek van Strafvordering van overeenkomstige toepassing.
6 De getuigen en deskundigen ontvangen indien zij dit wensen op vertoon van hun oproeping of dagvaarding schadeloosstelling, door de voorzitter van de kamer voor gerechtsdeurwaarders te begroten overeenkomstig het bij of krachtens de Wet griffierechten burgerlijke zaken bepaalde.

Wijzigingen

Datum Betreft Bekendmaking Kamerdossier Memorie van toelichting
01-01-2020 wijziging Stb 2017 82 (pdf) 34086 MvT (web) MvT (pdf)
01-11-2010 wijziging Stb 2010 715 (pdf) 31758 MvT (web) MvT (pdf)
01-12-2002 wijziging Stb 2002 318 (pdf) 27845 MvT (web) MvT (pdf)
15-07-2001 nieuwe-regeling Stb 2001 70 (pdf) 22775 MvT (pdf)