Financiële-verhoudingswet (FVW)
Artikel 8 1 Ten behoeve van de verdeling van het provinciefonds en het gemeentefonds worden verdeelmaatstaven gehanteerd. De maatstaven hebben slechts betrekking op de kenmerken die zijn vermeld in de navolgende tabellen A en B. Bij een kenmerk worden ten minste de in de tabellen vermelde onderscheidingen aangebracht.
Kenmerk | Onderscheidingen | |
---|---|---|
a | Belastingcapaciteit van de provincies ter zake van de motorrijtuigenbelasting | |
b | Inkomsten uit eigen vermogen van de provincies | |
c | De inwoners van de provincies | Bevolkingsdichtheid |
d | Het grondgebied van de provincies | Oppervlakte |
Bodemgebruik | ||
e | Vaste bedragen voor de provincies |
Kenmerk | Onderscheidingen |
---|---|
a Belastingcapaciteit van de gemeenten ter zake van de onroerende-zaakbelastingen | Belastingcapaciteit ter zake van woningen |
Belastingcapaciteit ter zake van niet-woningen | |
b De inwoners van de gemeenten | Leeftijd |
Woonplaats | |
Inkomen | |
Recht op uitkering | |
Behoren tot een minderheidsgroep | |
Beroep op voorzieningen in de gemeenten | |
c Het grondgebied van de gemeenten | Oppervlakte |
Bodemgesteldheid | |
Historische kern | |
d De bebouwing in de gemeenten | Grondoppervlak bebouwing |
Woonruimten | |
Historisch aantal woonruimten | |
Noodzaak voor vernieuwing van de bebouwing | |
Dichtheid van de bebouwing | |
e Vaste bedragen voor gemeenten | Vaste bedragen voor de vier grootste steden |
Vast bedrag voor de waddengemeenten | |
Vast bedrag voor alle gemeenten | |
f Tijdelijke ondersteuning van gemeenten in verband met herindeling |
3 Bij algemene maatregel van bestuur wordt bepaald welke verdeelmaatstaven worden gehanteerd en hoe deze worden gehanteerd. Krachtens de maatregel kunnen nadere voorschriften worden gegeven omtrent de toepassing van de bij de bepaling gebruikte begrippen en omtrent de wijze van telling van het aantal eenheden per verdeelmaatstaf.
4 Een krachtens het derde lid vastgestelde algemene maatregel van bestuur treedt niet eerder in werking dan acht weken na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin hij is geplaatst. Van de plaatsing wordt onverwijld mededeling gedaan aan de beide kamers der Staten-Generaal.
Wijzigingen
Datum | Betreft | Bekendmaking | Kamerdossier | Memorie van toelichting |
---|---|---|---|---|
22-03-2018 | wijziging | Stb 2017 238 (pdf) | 34568 | MvT (web) MvT (pdf) |
01-01-1998 | wijziging | Stb 1997 526 (pdf) | 25185 | MvT (web) MvT (pdf) |
01-01-1997 | nieuwe-regeling | Stb 1996 576 (pdf) | 24552 | MvT (web) MvT (pdf) |