Faillissementswet (FW)


Artikel 214 1 De schuldenaar die voorziet, dat hij met het betalen van zijn opeisbare schulden niet zal kunnen voortgaan, kan surseance van betaling aanvragen.
2 Hij zal zich daartoe, onder overlegging van een door behoorlijke bescheiden gestaafde staat als bedoeld in artikel 96, bij verzoekschrift, door hemzelf en zijn advocaat ondertekend, wenden tot de rechtbank, aangewezen in artikel 2. Het verzoekschrift bevat zodanige gegevens dat de rechter kan beoordelen of hem rechtsmacht toekomt op grond van de verordening, genoemd in artikel 5, derde lid.
3 Bij het verzoekschrift kan een ontwerp van een akkoord worden gevoegd.
4 Surseance van betaling wordt niet verleend aan een natuurlijke persoon die geen zelfstandig beroep of bedrijf uitoefent, noch aan een bank als bedoeld in artikel 212g, eerste lid, onderdeel a, noch aan een beleggingsonderneming als bedoeld in artikel 212oo, tweede zin, noch aan een verzekeraar als bedoeld in artikel 213, noch aan een centrale tegenpartij als bedoeld in artikel 213ll, onderdeel b.

Wijzigingen

Datum Betreft Bekendmaking Kamerdossier Memorie van toelichting
wijziging Stb 2016 290 (pdf) 34212 MvT (web) MvT (pdf)
04-11-2022 wijziging Stb 2022 428 (pdf) 36105 MvT (web) MvT (pdf)
01-01-2012 wijziging Stb 2011 670 (pdf) 32826 MvT (web) MvT (pdf)
01-09-2008 wijziging Stb 2008 100 (pdf) 30815 MvT (web) MvT (pdf)
01-12-2005 tekstplaatsing-wijziging Stb 2005 600 (pdf)
15-05-2005 wijziging Stb 2005 208 (pdf) 29860 MvT (web) MvT (pdf)
23-03-2004 wijziging Stb 2004 86 (pdf) 29297 MvT (web) MvT (pdf)
15-11-2003 wijziging Stb 2003 444 (pdf) 28654 MvT (web) MvT (pdf)
01-12-1998 wijziging Stb 1998 445 (pdf) 22969 MvT (pdf)
16-03-1935 nieuw Stb 1935 41
16-03-1935 vervallen Stb 1935 41
01-09-1896 nieuwe-regeling Stb 1893 140