Burgerlijk Wetboek Boek 7 (BW)


Artikel 381 1 De in artikel 378 lid 1 bedoelde verplichting bestaat voorts niet, wanneer en voor zover het verpachte is gelegen in een geldend bestemmingsplan, waarbij daaraan een andere dan landbouwkundige bestemming is gegeven. Op verzoek van de verpachter verklaren burgemeester en wethouders schriftelijk, of in zulk een plan al dan niet een landbouwkundige bestemming aan het verpachte is gegeven.
2 Evenmin bestaat de in artikel 378 lid 1 bedoelde verplichting, wanneer de verpachter overgaat tot vervreemding van het verpachte aan een derde en de grondkamer, op gezamenlijk verzoek van de verpachter en die derde, heeft vastgesteld, dat aannemelijk is, dat de derde het verpachte voor andere dan landbouwkundige doeleinden zal gebruiken of doen gebruiken.
3 De in artikel 378 lid 1 bedoelde verplichting bestaat evenmin, voor zover het verpachte is gelegen in een gebied waarvoor een structuurvisie als bedoeld in artikel 2.1 van de Wet ruimtelijke ordening is vastgesteld en de verpachter ingevolge het bepaalde in de artikelen 2 juncto artikel 4, eerste lid, onder a, 10 tot en met 24 van de Wet voorkeursrecht gemeenten dan wel artikel 9a, eerste of tweede lid, juncto artikel 4, eerste lid, onder a, van die wet overgaat tot de vervreemding van het verpachte aan de gemeente onderscheidenlijk de provincie of de Staat.

Wijzigingen

Datum Betreft Bekendmaking Kamerdossier Memorie van toelichting
wijziging Stb 2020 112 (pdf) 35133 MvT (web) MvT (pdf)
01-07-2010 wijziging Stb 2010 155 (pdf) 31285 MvT (web) MvT (pdf)
01-07-2008 wijziging Stb 2008 180 (pdf) 30938 MvT (web) MvT (pdf)
01-09-2007 nieuw Stb 2007 163 (pdf) 30448 MvT (web) MvT (pdf)