Burgerlijk Wetboek Boek 3 (BW)


Artikel 288 De bevoorrechte vorderingen op alle goederen zijn de vorderingen ter zake van:
a. de kosten van de aanvraag tot faillietverklaring, doch alleen ter zake van het faillissement dat op de aanvraag is uitgesproken, alsmede van de kosten, door een schuldeiser gemaakt, ter verkrijging van vereffening buiten faillissement;
b. de kosten van lijkbezorging, voor zover zij in overeenstemming zijn met de omstandigheden van de overledene;
c. hetgeen een werknemer, een gewezen werknemer en hun nabestaanden ter zake van reeds vervallen termijnen van pensioen van de werkgever te vorderen hebben, voor zover de vordering niet ouder is dan een jaar;
d. hetgeen waarop een werknemer, niet zijnde een bestuurder van de rechtspersoon bij wie hij in dienst is, een gewezen werknemer en hun nabestaanden ter zake van in de toekomst tot uitkering komende termijnen van pensioen jegens de werkgever recht hebben;
e. al hetgeen een werknemer over het lopende en het voorafgaande kalenderjaar in geld op grond van de arbeidsovereenkomst van zijn werkgever te vorderen heeft, alsmede de bedragen door de werkgever aan de werknemer in verband met de beƫindiging van de arbeidsovereenkomst verschuldigd uit hoofde van de bepalingen van het Burgerlijk Wetboek betreffende de arbeidsovereenkomst.

Wijzigingen

Datum Betreft Bekendmaking Kamerdossier Memorie van toelichting
01-01-2007 wijziging Stb 2006 706 (pdf) 30655 MvT (web) MvT (pdf)
01-01-2003 wijziging Stb 2002 230 (pdf) 27245 MvT (web) MvT (pdf)
01-04-1997 wijziging Stb 1996 562 (pdf) 24770 MvT (web) MvT (pdf)
01-01-1992 nieuwe-regeling Stb 1991 600 (pdf)
01-01-1992 tekstplaatsing-wijziging Stb 1991 600 (pdf)