Ambtsinstructie voor de politie, de Koninklijke marechaussee en andere opsporingsambtenaren (Ambtsinstr.)


Artikel 15 1 Het inzetten van een surveillancehond als geweldmiddel is slechts geoorloofd onder het direct en voortdurend toezicht van een geleider bij:
a. de surveillancedienst, en
b. het optreden van een mobiele eenheid als bedoeld in artikel 26 van het Besluit beheer politie na toestemming van het bevoegd gezag;
c. het bewaken en beveiligen van personen, objecten en diensten.
2 Het inzetten van een AOT-hond is slechts geoorloofd onder het direct en voortdurend toezicht van een geleider bij het, na toestemming van het bevoegd gezag, optreden van een aanhoudings- en ondersteuningsteam als bedoeld in artikel 11, onder a, van het Besluit beheer politie of een bijstandseenheid als bedoeld in artikel 59 van de Politiewet 2012.

Wijzigingen

Datum Betreft Bekendmaking Kamerdossier Memorie van toelichting
01-07-2022 wijziging Stb 2021 46 (pdf)
01-01-2017 wijziging Stb 2016 504 (pdf)
01-01-2013 wijziging Stb 2012 458 (pdf)
23-05-2007 wijziging Stb 2007 174 (pdf)
09-03-2005 wijziging Stb 2005 110 (pdf)
01-04-1994 nieuwe-regeling Stb 1994 275 (pdf)