Algemene wet Bestuursrecht (Awb)
Artikel 8:16 1 Het verzoek wordt gedaan zodra de feiten of omstandigheden aan de verzoeker bekend zijn geworden.
2 Het verzoek geschiedt schriftelijk en is gemotiveerd. Na de aanvang van het onderzoek ter zitting onderscheidenlijk na de aanvang van het horen van partijen of getuigen in het vooronderzoek kan het ook mondeling geschieden.
3 Alle feiten of omstandigheden moeten tegelijk worden voorgedragen.
4 Een volgend verzoek om wraking van dezelfde rechter wordt niet in behandeling genomen, tenzij feiten of omstandigheden worden voorgedragen die pas na het eerdere verzoek aan de verzoeker bekend zijn geworden.
5 Geschiedt het verzoek ter zitting, dan wordt het onderzoek ter zitting geschorst.
Wijzigingen
Datum | Betreft | Bekendmaking | Kamerdossier | Memorie van toelichting |
---|---|---|---|---|
01-01-1994 | wijziging | Stb 1994 1 (pdf) | ||
01-01-1994 | nieuw | Stb 1993 650 (pdf) | 22495 | MvT (pdf) |