Advocatenwet (Advw)


Artikel 52 1 De voorzitter, de plaatsvervangende voorzitters en de leden en plaatsvervangende leden treden af met ingang van de eerstvolgende maand nadat zij de leeftijd van zeventig jaren hebben bereikt. Indien op dat tijdstip hun ambtstermijn nog niet is verstreken, kunnen zij, op eigen verzoek, in functie blijven tot het tijdstip dat de ambtstermijn is beƫindigd.
2 Tussen de voorzitter, de plaatsvervangende voorzitters, de leden, plaatsvervangende leden en de griffier mag geen bloed- of aanverwantschap tot en met de derde graad bestaan. Tussen de leden-advocaten en de plaatsvervangende leden-advocaten mag voorts niet bestaan een maatschap of ander duurzaam samenwerkingsverband tot het uitoefenen van het beroep van advocaat of de verhouding van werkgever tot werknemer.

Wijzigingen

Datum Betreft Bekendmaking Kamerdossier Memorie van toelichting
05-12-2007 wijziging Stb 2007 375 (pdf) 29936 MvT (web) MvT (pdf)
01-01-1989 wijziging Stb 1988 515 (pdf) 20488 MvT (pdf)
01-02-1986 wijziging Stb 1984 417 (pdf) 16094 MvT (pdf)
01-10-1952 nieuwe-regeling Stb 1952 365 (pdf) 892 MvT (pdf)