Wet arbeid en zorg (WARZO)


Hoofdstuk 1

Algemene bepalingen

De begrippen werkgever en werknemer

Artikel 1:1 Tenzij anders is bepaald, wordt voor de toepassing van deze wet verstaan onder:
a. werkgever: degene die een ander krachtens arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht of publiekrechtelijke aanstelling arbeid laat verrichten;
b. werknemer: de ander, bedoeld in onderdeel a.

Het begrip loon

Artikel 1:2 1 Tenzij anders is bepaald, wordt voor de toepassing van deze wet verstaan onder loon: de naar tijdruimte vastgestelde vergoeding die de werkgever aan de werknemer verschuldigd is voor de bedongen arbeid.
2 Voor de toepassing van deze wet wordt, indien het loon op andere wijze dan naar tijdruimte is vastgesteld, als loon beschouwd het gemiddelde loon dat de werknemer, wanneer hij geen gebruik had gemaakt van een door deze wet gegeven recht op verlof, gedurende die tijd had kunnen verdienen.

Overige begrippen

Artikel 1:3 1 Voor de toepassing van deze wet wordt verstaan onder:
a. Arbeidsongeschiktheidsfonds: het fonds, bedoeld in artikel 112 van de Wet financiering sociale verzekeringen;
b. Algemeen Werkloosheidsfonds: het fonds, bedoeld in artikel 93 van de Wet financiering sociale verzekeringen;
c. Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen: het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen, genoemd in hoofdstuk 5 van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen;
d. militaire ambtenaar: de militaire ambtenaar, bedoeld in artikel 1, eerste en tweede lid, van de Wet ambtenaren defensie;
e. Onze Minister: Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.
2 Voor de toepassing van deze wet is sprake van ongehuwd samenwonen als twee ongehuwde personen een gezamenlijke huishouding voeren. Van een gezamenlijke huishouding als bedoeld in de eerste volzin is sprake indien de betrokkenen hun hoofdverblijf hebben in dezelfde woning en blijk geven zorg te dragen voor elkaar door middel van het leveren van een bijdrage in de kosten van de huishouding danwel op andere wijze in elkaars verzorging voorzien.
3 Voor de toepassing van deze wet wordt verstaan onder levensbedreigend ziek: de gezondheidssituatie die zo ernstig is dat volgens objectieve medische maatstaven het leven van de persoon op korte termijn ernstig gevaar loopt.
4 Voor de toepassing van deze wet wordt verstaan onder hulpbehoevend: de toestand van een persoon waardoor deze ten behoeve van zelfredzaamheid, participatie, beschermd wonen of opvang hulp nodig heeft die niet in het kader van een hulpverlenend beroep wordt geboden en die de gebruikelijke hulp overstijgt.

Gelijkstelling met een collectieve arbeidsovereenkomst

Artikel 1:4 Voor de toepassing van deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt met een collectieve arbeidsovereenkomst gelijkgesteld een regeling door of namens een daartoe bevoegd bestuursorgaan.

Werkingsduur, regeling bestuursorgaan of regeling met ondernemingsraad/personeelsvertegenwoordiging

Artikel 1:5 Voor de toepassing van de artikelen 4:7 en 5:16 geldt een afwijkende regeling door of namens een daartoe bevoegd bestuursorgaan of een afwijkende regeling waaromtrent de werkgever schriftelijk overeenstemming heeft bereikt met de ondernemingsraad, of bij het ontbreken daarvan, met de personeelsvertegenwoordiging, voor vijf jaren vanaf het tijdstip waarop die regeling ingaat, indien geen termijn van ten hoogste vijf jaren is bepaald. Indien geen termijn is bepaald gaat bij wijziging van de regeling waarvan de in de eerste zin bedoelde afwijking deel uitmaakt binnen het in die zin bedoelde tijdvak, ten aanzien van de afwijking een nieuw tijdvak in op het tijdstip van inwerkingtreding van de wijziging.

Behoud van rechten, functie en arbeidsvoorwaarden

Artikel 1:6 1 De werknemer die verlof geniet op grond van deze wet behoudt gedurende het verlof de reeds verworven of in opbouw zijnde rechten die uit de arbeidsverhouding voortvloeien. Na afloop van het verlof zijn die rechten, met inbegrip van de uit de wet, collectieve arbeidsovereenkomst dan wel gebruiken voortvloeiende veranderingen, van toepassing.
2 De werknemer die verlof geniet op grond van deze wet wordt in staat gesteld om na afloop van het verlof onder voor hem niet minder gunstige voorwaarden en omstandigheden terug te keren in de oorspronkelijke of een gelijkwaardige functie en te profiteren van elke verbetering van arbeidsvoorwaarden waarop hij aanspraak had kunnen maken indien hij het verlof niet had genoten.

Bescherming tegen nadelige behandeling of gevolgen

Artikel 1:7 De werkgever mag de werknemer niet benadelen wegens de omstandigheid dat de werknemer in of buiten rechte een recht op verlof als bedoeld in deze wet geldend maakt, ter zake bijstand heeft verleend, of hieromtrent een klacht binnen de onderneming heeft ingediend.