Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden (Statuut)


§ 4

De staatsinrichting van de landen

Artikel 41 1 Nederland, Aruba, Curaçao en Sint Maarten behartigen zelfstandig hun eigen aangelegenheden.
2 De belangen van het Koninkrijk zijn mede een voorwerp van zorg voor de landen.

Artikel 42 1 In het Koninkrijk vindt de staatsinrichting van Nederland regeling in de Grondwet, die van Aruba, Curaçao en Sint Maarten in de Staatsregelingen van Aruba, van Curaçao en van Sint Maarten.
2 De Staatsregelingen van Aruba, van Curaçao en van Sint Maarten worden vastgesteld bij landsverordening. Elk voorstel tot verandering van de Staatsregeling wijst de voorgestelde verandering uitdrukkelijk aan. Het vertegenwoordigende lichaam kan het ontwerp van een zodanige landsverordening niet aannemen dan met twee derden der uitgebrachte stemmen.

Artikel 43 1 Elk der landen draagt zorg voor de verwezenlijking van de fundamentele menselijke rechten en vrijheden, de rechtszekerheid en de deugdelijkheid van het bestuur.
2 Het waarborgen van deze rechten, vrijheden, rechtszekerheid en deugdelijkheid van bestuur is aangelegenheid van het Koninkrijk.

Artikel 44 1 Een landsverordening tot wijziging van de Staatsregeling voor wat betreft:
a. de artikelen, betrekking hebbende op de fundamentele menselijke rechten en vrijheden;
b. de bepalingen, betrekking hebbende op de bevoegdheden van de Gouverneur;
c. de artikelen, betrekking hebbende op de bevoegdheden van de vertegenwoordigende lichamen van de landen;
d. de artikelen, betrekking hebbende op de rechtspraak,

wordt overgelegd aan de regering van het Koninkrijk. Zij treedt niet in werking dan nadat de regering van het Koninkrijk haar instemming hiermede heeft betuigd.
2 Een ontwerp-landsverordening betreffende de voorgaande bepalingen wordt niet aan het vertegenwoordigende lichaam aangeboden, noch bij een initiatief-ontwerp door dit lichaam in onderzoek genomen dan nadat het gevoelen der regering van het Koninkrijk is ingewonnen.

Artikel 45 Wijzigingen in de Grondwet betreffende:
a. de artikelen, betrekking hebbende op de fundamentele menselijke rechten en vrijheden;
b. de bepalingen, betrekking hebbende op de bevoegdheden van de regering;
c. de artikelen, betrekking hebbende op de bevoegdheden van het vertegenwoordigende lichaam;
d. de artikelen, betrekking hebbende op de rechtspraak,

worden - onverminderd het bepaalde in artikel 5 - geacht in de zin van artikel 10 Aruba, Curaçao en Sint Maarten te raken.

Artikel 46 1 De vertegenwoordigende lichamen worden gekozen door de ingezetenen van het betrokken land, tevens Nederlanders, die de door de landen te bepalen leeftijd, welke niet hoger mag zijn dan 25 jaren, hebben bereikt. Iedere kiezer brengt slechts één stem uit. De verkiezingen zijn vrij en geheim. Indien de noodzaak daartoe blijkt, kunnen de landen beperkingen stellen. Iedere Nederlander is verkiesbaar met dien verstande, dat de landen de eis van ingezetenschap en een leeftijdsgrens kunnen stellen.
2 De landen kunnen aan Nederlanders die geen ingezetenen van het betrokken land zijn, het recht toekennen vertegenwoordigende lichamen te kiezen, alsmede aan ingezetenen van het betrokken land die geen Nederlander zijn, het recht vertegenwoordigende lichamen te kiezen en het recht daarin gekozen te worden, een en ander mits daarbij tenminste de vereisten voor ingezetenen die tevens Nederlander zijn, in acht worden genomen.

Artikel 47 1 De ministers en de leden van het vertegenwoordigende lichaam in de landen leggen, alvorens hun betrekking te aanvaarden, een eed of belofte van trouw aan de Koning en het Statuut af.
2 De ministers en de leden van het vertegenwoordigende lichaam in Aruba, Curaçao en Sint Maarten leggen de eed of belofte af in handen van de vertegenwoordiger van de Koning.

Artikel 48 De landen nemen bij hun wetgeving en bestuur de bepalingen van het Statuut in acht.

Artikel 49 Bij rijkswet kunnen regels worden gesteld omtrent de verbindendheid van wetgevende maatregelen, die in strijd zijn met het Statuut, een internationale regeling, een rijkswet of een algemene maatregel van rijksbestuur.

Artikel 50 1 Wetgevende en bestuurlijke maatregelen in Aruba, Curaçao en Sint Maarten, die in strijd zijn met het Statuut, een internationale regeling, een rijkswet of een algemene maatregel van rijksbestuur, dan wel met belangen, welker verzorging of waarborging aangelegenheid van het Koninkrijk is, kunnen door de Koning als hoofd van het Koninkrijk bij gemotiveerd besluit worden geschorst en vernietigd. De voordracht tot vernietiging geschiedt door de raad van ministers.
2 Voor Nederland wordt in dit onderwerp voor zover nodig in de Grondwet voorzien.

Artikel 51 1 Wanneer een orgaan in Aruba, Curaçao of Sint Maarten niet of niet voldoende voorziet in hetgeen het ingevolge het Statuut, een internationale regeling, een rijkswet of een algemene maatregel van rijksbestuur moet verrichten, kan, onder aanwijzing van de rechtsgronden en de beweegredenen, waarop hij berust, een algemene maatregel van rijksbestuur bepalen op welke wijze hierin wordt voorzien.
2 Voor Nederland wordt in dit onderwerp voor zover nodig in de Grondwet voorzien.

Artikel 52 De landsverordening kan aan de Koning als hoofd van het Koninkrijk en aan de Gouverneur als orgaan van het Koninkrijk met goedkeuring van de Koning bevoegdheden met betrekking tot landsaangelegenheden toekennen.

Artikel 53 Indien Aruba, Curaçao of Sint Maarten de wens daartoe te kennen geven, wordt het onafhankelijke toezicht op de besteding der geldmiddelen overeenkomstig de begroting van Aruba, Curaçao onderscheidenlijk Sint Maarten, door de Algemene Rekenkamer uitgeoefend. In dat geval worden na overleg met de Rekenkamer bij rijkswet regelen gesteld omtrent de samenwerking tussen de Rekenkamer en het betrokken land. Alsdan zal de regering van het land op voordracht van het vertegenwoordigende lichaam iemand kunnen aanwijzen, die in de gelegenheid wordt gesteld deel te nemen aan de beraadslagingen over alle aangelegenheden van het betrokken land.